Shangri-La
Zondag 18 oktober 2009
Dag 15: Terug naar China
Om 8.00 uur vertrokken we naar Lhasa Airport, waar we afscheid namen van Yonten, onze Tibetaanse gids. Pas sinds gisteren wisten we eigenlijk zijn naam, toen hij ons vroeg een stukje in zijn dagboek te schrijven. Ook zeiden we de trouwe chauffeur gedag. Terwijl zij toen gingen wachten op een grote groep Duitsers, checkten wij in, waarna we nog een tijd in een vrij saaie vertrekhal konden wachten. Grappig was dat een vrouw plots iedereen bananen begon uit te delen en je dus even later rijen vol bananen-etende mensen zag zitten! In het vliegtuig kregen we echter ook nog een maaltje, waar onder andere een zakje appelchips bij zat; nee, dat is geen chips met appelsmaak, maar als chips gefrituurde stukjes appel! In 100 minuten vlogen we over hoge, soms besneeuwde, bergen en al snel lieten we Tibet achter ons. Misschien dat we ook nog over India en Myanmar hebben gevlogen, maar daar ben ik niet zeker van. Wel kwamen we weer wolken tegen, iets dat we bijna een week niet meer hadden gezien! Na een ietwat ongewone landing (we hebben wat rondjes gevlogen om af te dalen, iets dat waarschijnlijk door de vele omliggende bergen komt), kwamen we aan in Shangri-La, dat ook wel (maar veel minder) bekend staat als Zhongdian. Met een 4WD werden we opgepikt en in 10 minuutjes naar ons hotel gebracht, waar het helaas ook weer vrij koud bleek te zijn in de kamers. Sowieso is het hier (op 3200 meter hoogte) stukken kouder dan in Tibet: een trui en een jas zijn geen overbodige luxe. Bewolking is hier ook volop te vinden. Nadat we het programma voor morgen hadden besproken met Lia (dat bemoeilijkt werd vanwege het feit dat we maar met 3 man zijn, in plaats van de 6 die nodig zijn voor vele excursies), zijn we naar de Old Town gelopen, zo’n 5 minuutjes lopen. Alhoewel de huisjes er wel ouderwets uit zagen, leek dit dorpje allesbehalve ouderwets, aangezien het stikte van de (toeristen)winkeltjes, restaurantjes en ho(s)tels. Het enige dat in dit plaatje ontbrak waren de toeristen. Slechts enkelen liepen, net als wij, te kijken naar bakken met gedroogde paddenstoelen, kammen van jak(?)hoorns en namaak outdoorkleding. Iets verderop bij een mooie tempel was het al iets drukker. Hier merkte je dat deze stad aan de grens van Tibet ligt, aangezien de tempel zowel Tibetaanse als Chinese invloeden had. Ook de gebedsvlaggetjes waren weer aanwezig. Daarnaast was er nog een enorme gebedsslinger, welke tientallen mensen aan de onderkant konden beetpakken om rond te laten draaien, met de klok mee uiteraard! Bij een cafeetje hebben we tenslotte wat gedronken. Voor ‘s avonds hadden we een westers restaurantje uit de Lonely Planet gehaald (een reisboek dat we overigens al veelvuldig geraadpleegd hebben toen de gidsen er niet waren). Deze tent bleek uiteindelijk erg leuk te zijn en leek helemaal toegespitst op backpackers, welke we ook zagen zitten. Binnen was het heerlijk warm vanwege de houtskachel die volop brandde. Voor de verandering nam ik eens pizza, welke me zeer goed beviel. Hierna zijn we nog eens naar het pleintje in de Old Town gegaan, waar een grote menigte lokale mensen met elkaar op muziek aan het dansen was. Dit was erg leuk om te zien en iedereen leek ook al behoorlijk ervaren, omdat ze de dans allemaal wel min of meer beheersten. Waarschijnlijk is dat hier hun vertier in de avond en tevens een goede manier om warm te worden, want kachels zullen de meesten waarschijnlijk niet hebben. De tempel van ‘s middags was overigens ook mooi verlicht en voor het eerst viel ons een heldere sterrenhemel op (in andere plaatsen zaten we in smalle straatjes tussen de gebouwen). We liepen terug naar Noah’s Cafe, waar we nog een toetje namen (lekker zelfgemaakt aardbeienijs!) en ik nog even kon internetten via m’n telefoon. Bij deze wil ik iedereen in ieder geval bedanken voor de erg leuke reacties op m’n verhalen en foto’s: ik lees ze met plezier! Ik ben blij dat jullie met me meegenieten en hoop dat jullie dat de rest van de reis ook nog zullen blijven doen! Als ik weer eens in een echt internetcafĂ© zit, kan ik misschien weer eens wat foto’s online gooien, of hier en daar een beschrijving uitbreiden. Op m’n telefoon gaat dat toch net wat trager, vooral als je om 22.00 uur het cafĂ© uit moet omdat ze gaan sluiten. Nu ga ik in ieder geval slapen, want het is alweer veel te laat (nou ja, voor hier dan)! Morgen het begin van alweer de tweede helft van deze uitgebreide China-reis!
Maandag 19 oktober 2009
Dag 16: Shangri-La
Nadat we er vanochtend achter kwamen dat dit hotel geen ontbijt serveerde, liepen we naar een restaurantje in de buurt die dat wel deed. Met de stadsbus vertrokken we even later naar het Ganden Sumtseling Gompa klooster. Bij een modern entreegebouw kochten we een kaartje, waarna een andere bus ons naar de ingang van het klooster bracht. Het had hier veel weg van de kloosters in Tibet: diverse tempels waren gebouwd op een bergwand en elke tempel herbergde enkele boeddhabeelden, versieringen en monniken. Toch voelde het hier anders aan dan in Tibet: er waren nauwelijks gelovigen of pelgrims te vinden, maar daarentegen wel heel veel toeristen. Ook het weer was een stuk minder: er was veel bewolking en het was koud. Het was wel leuk dat een monnik ons aanbood om enkele stokjes wierook aan te steken. Na een kleine donatie kregen we ook nog een armbandje van hem! Met de stadsbus (welke ook gewoon leek door te rijden naar het klooster) gingen we terug, om bij een restaurantje een helaas iets minder geslaagde lunch te nuttigen. Hierna vertrokken we met Lia en de lokale chauffeur naar een prachtig gebied iets ten westen van de stad. Met de bus reden we langs de wetlands, een enorm veld dat in de zomer een grasveld is en in de winter een meer. Nu in oktober zat het er een beetje tussenin. Paarden en koeien stonden hier, met hun voeten/poten in het water, heerlijk te grazen. Het zag er zeer mooi uit allemaal en ook zeker de bergen op de achtergrond waren geweldig om te zien. Aangezien het herfst is, waren er enorme kleurschakeringen in de bomen te zien. Velen waren nog groen, maar sommigen waren ook al vergeeld. De rode bomen maakten het plaatje al helemaal compleet. Beeldschoon! Nadat Lia en Rolph nog even door het platteland hadden gescheurd met het busje, parkeerden we hem bij een hotel in aanbouw. Terwijl arbeiders druk bezig waren met het zagen van allerlei boomstammen voor de planken van het gebouw, begonnen wij aan onze hike op een berg. Aan de ene kant hadden we steeds uitzicht op de bijzondere Zuidwest-Chinese vegetatie, terwijl we aan de andere kant een steeds mooier overzicht kregen op het meer. We volgden een pad waar we enkele keren mannen met twee jaks zagen lopen, welke een omgezaagde boomstam naar beneden meesleepten. Het bleek dat vele individuen hier aan illegale houtkap doen om geld te verdienen. Het weer was de hele tijd nogal wisselvallig: zo nu en dan was het koud, maar op sommige momenten, toen de zon door de wolken brak, was het weer erg warm. Via een ander pad en een afdaling over de rotsen liepen we weer terug, terwijl het ook zachtjes begon te druppelen. Hierdoor zagen we, naast enkele koeien, wel een mooie regenboog. Vooral Lia leek dit heel bijzonder te vinden, aangezien hij al een jaar of 15 geen regenboog heeft gezien! Onderaan de berg genoten we nog van de wetlands, vele varkentjes en grote constructies om hooi mee te drogen, alvorens terug te keren naar het busje. Terug bij het hotel kregen we een leuke ontvangst, aangezien de andere Shoestring groep ook net gearriveerd was! Onder het genot van een kopje thee wisselden we al onze verhalen en foto’s van de afgelopen 1,5 week uit. Zo zagen we bijvoorbeeld hoe mooi het historische stadje Ping’Yao was, hoe schattig de pandaberen van Chengdu waren en hoe reusachtig de boeddha was die helemaal uit een rotswand was gehouwen. Op onze beurt maakten wij hen weer jaloers met de verhalen van Tibet. ‘s Avonds zijn we met z’n allen gezellig uit eten geweest, waarbij we weer aan een ronde tafel zaten en diverse gerechten op de draaiende plaat werden geserveerd. We hebben er een leuke avond van gemaakt, waarbij we de anderen ook enigszins uitgehoord hebben over Lijiang, waar zij al geweest zijn en wij morgen naartoe zullen gaan. Dit moet ook heel bijzonder gaan worden! In Dali en Yangshuo zullen we elkaar dan opnieuw treffen. Maar eerst Lijiang en Kunming nog!