Kobe & Himeji
Dag 48: Plantjes en kruiden op grote hoogte
Vrijdag 27 april 2012
Laat in de ochtend verliet ik het hostel, waarna ik al snel het ondergrondse Garden City betrad. Ik was op weg naar één van de stations hier en kwam er achter dat het hier onder de grond nóg groter was dan ik had gedacht. De tijd die ik hier onder de grond heb doorgebracht, was naar mijn gevoel nog langer dan de tijd die ik daarna in de trein heb gezeten. In een donkerrood klassiek ogende trein ben ik in een klein halfuurtje naar Kobe afgereisd, de stad die met name bekend staat om de verwoestende aardbeving in 1995. De Kansai-regio is een behoorlijk dichtbevolkte regio; Kyoto, Osaka en Kobe liggen vlak bij elkaar en tussen de steden vindt je daarom dan ook meer buitenwijken dan plattelandsgebieden. Zo ook tussen Osaka en Kobe; beide steden lopen nagenoeg in elkaar over. Kobe voelt echter aan als het kleinere zusje van Osaka: het is een iets kleinere stad (maar alsnog behoorlijk groot), iets rustiger, iets relaxter, maar ook minder bezienswaardigheden. Het is eigenlijk een perfecte stad om in te wonen, zonder de drukte die Osaka kent. Het leek me daarom ook voldoende voor een dagtripje vanuit Osaka. Kobe ligt aan dezelfde baai als Osaka, maar ik nam niet de moeite om de haven op te zoeken, aangezien er verder niet veel te zien was daar. Ook Chinatown liet ik aan me voorbij gaan, aangezien die toch niet heel anders zou zijn dan in Yokohama. Tevens het kleine winkelgebied liet ik voor wat het was, omdat ik gisteren al meer dan genoeg winkels had gezien.
Wat ik wel gezien had, bevond zich ten noorden van het station. Via enkele straten liep ik heuvelopwaarts naar de wijk Kitano. Dit is een oudere wijk waar vroeger vele westerlingen hebben gewoond. Vele huizen waren hier dus in wisselende westerse stijl gebouwd. Zo was er een Starbucks gevestigd in een klassiek Amerikaans huis en waren een Frans en Engels huis omgebouwd tot een museum. Geweldig natuurlijk voor de Japanners, maar voor mij nou niet heel bijzonder. Ook had je diverse bloemenwinkeltjes (o.a. met tulpen), stonden er mooi gevulde bloembakken langs de stoep, had je een Franse bakker met croissants, stokbroden en donuts, en waren er opvallend veel winkels met (westerse) bruidskleding, alhoewel ik niet helemaal begreep waarom er in één zo’n winkel ook een Clone Trooper stond. Ik liep verder de voet van Mt. Rokko op en kwam uit bij een kabelbaan die je naar de top kon brengen. Deze rit werd aangeboden in combinatie met een bezoek aan de Herb Garden bovenaan. Ik kocht een kaartje en bevond me enkele minuten later helemaal boven, waar ik op deze zonnige dag een prachtig uitzicht had over Kobe, Osaka, de baai en de omliggende groene bergachtige omgeving. Via een pad kon je een stuk slingerend naar beneden wandelen, langs allemaal tuintjes vol met kruidenplantjes en fleurige bloemen. Het zag er allemaal prachtig uit en het verbaasde me niets dat Japanners zo dol zijn op Nederland en de bloemen. Bijen zoemden vrolijk in het rond, hoppend van de ene bloem naar de andere. Naast allerlei tuintjes was er hier ook een grote glazen kas geplaatst, met nog meer kleurrijke bloemen en planten. Ook stonden er potten en bakjes met kruiden waaraan je kon ruiken. Na meer velden met lavendel, rozen en vele andere bloemen en planten kwam ik uit bij het tussenstation van de kabelbaan, vanwaar je weer terug kon naar beneden. Ik genoot nog even van het uitzicht, een waterval en een dam en kwam uiteindelijk weer terug bij de voet van de berg. Veel meer had ik niet te doen in Kobe, waardoor ik terug ging naar het station, op het laatste moment een trein in dook en een half uur later weer terug was in Osaka.
Nog eventjes keek ik rond in een groot entertainmentcomplex, waarna ik terugkeerde naar het hostel. Op m’n kamer schrok ik even, aangezien al m’n spullen waren verdwenen. Het personeel had alles verplaatst, omdat ze dachten dat ik van kamer moest wisselen, wat uiteindelijk toch niet bleek te zijn. Ik kon dus weer terug naar m’n kamer, maar moest een ander bed kiezen, omdat mijn bed ondertussen was ingenomen door iemand anders, geheel toevallig een Nederlandse meid die hier met haar neef een fietstocht van maar liefst drie maanden aan het maken was. Nadat ik in een eenvoudig tentje lekker had gegeten, heb ik met hen nog een tijdje in de ‘bar’ van het hostel zitten kletsen, aangezien het een feestavond zou zijn. Dit moest je echter niet te groots opvatten; in de kleine openbare ruimte kon je drankjes krijgen (en kreeg je er één aangeboden) en kon je genieten van enkele hapjes, waaronder lokale zoutjes en stukjes pizza. Echt heel levendig werd het er echter niet. M’n avond eindigde op m’n kamer, waar ik met de Nederlandse Top 40 op de internetstream op de achtergrond m’n verhaal van de dag begon te typen en m’n foto’s van Osaka en Kobe begon uit te zoeken.
Tip van de dag: Kobe staat ontzettend bekend om de ‘Kobe beef’, naar men zeggen het lekkerste stukje rundvlees dat je maar kunt krijgen. Neem echter wel een goedgevulde portemonnee mee als je van dit vlees wilt proeven, aangezien het allesbehalve goedkoop is!
Opvallend feitje: het blijft opvallend hoeveel Japanners -zowel mannen als vrouwen- ‘s avonds alleen dineren in een eenvoudig restaurant, zelfs op een vrijdagavond. Daarbij zijn ze ook nog eens vaak netjes gekleed, omdat ze van hun werk komen, of misschien zelfs nog wel moeten overwerken.
Dag 49: Het ingepakte kasteel
Zaterdag 28 april 2012
Met al m’n bagage stapte ik laat in de ochtend flink door naar het station. Het was een aardig stukje lopen en dan begin je je rugtassen toch wel te voelen. Op het station stapte ik een trein in naar het westen, waarna ik een uur later uitstapte in het plaatsje Himeji. Het is slechts een klein stadje, maar beschikt wel over het mooiste kasteel van het land, en lag op mijn route naar Okayama. Voor één nachtje leek me dit daarom wel geschikt. Langs een drukke weg liep ik door de warme zon richting het kasteel, aangezien mijn guesthouse zich in een straatje aan de zijkant van de slotgracht bevond. Het was helaas een behoorlijk stuk lopen en het duurde ook eventjes voordat ik de exacte locatie van het guesthouse had gevonden, maar uiteindelijk stapte ik binnen in een klassiek huis van zo’n 100 jaar oud. Door de eigenaar werd ik vriendelijk en enthousiast ontvangen, waarna hij me m’n kamer liet zien op de eerste verdieping (met tatamimatten en een matrasje), de openbare ruimte en de eenvoudige badkamer. Hij toonde me een plattegrond van de stad en raadde me, behalve het kasteel, nog een tempel in de bergen aan, waar de film The Last Samurai is opgenomen.
Ik had niet zoveel zin om nog een keer met een kabelbaan de bergen in te trekken om een tempel te bezoeken, dus ik hield het bij het kasteel, dat overigens ook in meerdere films te zien was, waaronder de James Bond-film You Only Live Twice. Ik liep terug naar de ingang van het kasteel, een groot gebouw omgeven door een ruim terrein en maar liefst drie omheiningen, waaronder een grote en hoge stenen muur. Het kasteel zag er bijzonder uit vandaag: het was een groot wit vierkant bouwwerk met aan de voorkant een plaatje van een kasteel. Tussen 2009 en 2015 ondergaat Japans mooiste kasteel een uitgebreide restauratie. Ondanks dat het kasteel nooit verwoest is door oorlogen of natuurrampen, is de buitenkant na een halve eeuw toch alweer toe aan vervanging. En zoals gebruikelijk lijkt te zijn hier in Japan, is er dus weer een geheel gebouw om het kasteel gebouwd. Ondanks dat het niet mogelijk was om het kasteel te betreden, kon je tegen betaling nog wel over het terrein aan de buitenkant lopen, door de tuintjes, langs de muren, een hele diepe put en een gebouwtje met enkele speciaal tentoongestelde artefacten. Tegen extra betaling kon je het gebouw rond het kasteel betreden en met de lift naar de 8e verdieping om een blik te werpen op de omgeving, de restauratiewerkzaamheden op het dak en de werkzaamheden aan de muren. Een oudere Japanse man benaderde me hier; hij was een vrijwilliger en wilde graag zijn Engels oefenen met mij. Hier had ik niets op tegen, waarna m’n bezoek waarvan ik dacht dat deze maximaal 10 minuten zou duren, uitmondde in een uitgebreide rondleiding van een half uur. Voor zover er iets viel rond te leiden dan. Wel vertelde de man op redelijk verstaanbare wijze over de stad, de omgeving en het kasteel. Het was een enthousiaste en vriendelijke man, die ook nieuwsgierig was naar Nederland. Na deze aparte ervaring bedankte ik de man en ging ik terug naar beneden, waar op diverse borden nog meer info over de restauratiewerkzaamheden vermeld stond.
Hierna heb ik een tijdje door het kleine centrumpje van de stad gewandeld, waar niet enorm te beleven viel. Ik kocht een sushimaaltijd bij de supermarkt en keerde terug naar het guesthouse, waar ik de rest van de avond een heerlijke ontspannen zaterdagavond heb gehouden (en twee Australische vrouwen sprak die dezelfde ervaring met de vrijwilliger hadden gehad). Net zoals voor de afwezige werklui in het kasteel was het voor mij immers ook weekend.
Tip van de dag: lees je voordat je op reis gaat even in op de oorsprong van het Engelse woord ‘Dutch’. Ik gok dat er maar weinig Nederlanders zijn die weten waarom ‘Nederlands’ ‘Dutch’ is in het Engels.
Opvallend feitje: het aantal verkeersagenten in Japan is opvallend hoog; ze staan op veel kruispunten, bij zijstraatjes en bij de uitgangen van parkeergarages.