Vakantiedagboek 2005 – Hongarije & Kroatië

Vakantiedagboek 2005 – Hongarije & Kroatië

Voorwoord

Vorig jaar kon ik nog niet met zekerheid zeggen of er een nieuwe editie van het Vakantiedagboek zou komen. Nu weten we ondertussen beter. Dit is namelijk Vakantiedagboek 2005! Alle trouwe lezers kon ik natuurlijk niet in de steek laten en zelf had ik er ook weer erg veel zin in. Vandaar editie nummer 8 alweer! Het afgelopen jaar heeft een groot deel van mijn leven veranderd. Een universiteit is immers anders dan een middelbare school. Dit dagboek zal qua opzet in ieder geval niet veranderen. Nog steeds probeer ik alle vakantiebelevenissen van de familie Kessing in groot detail te beschrijven. Genoeg gekletst, over naar het echte werk, veel plezier met Vakantiedagboek 2005!

– Jassin Kessing, juli 2005 –

Wij zijn dit jaar ook weer van de partij en zullen voor en achter de schermen van ons laten horen. Zo zullen wij fouten van Jassin verbeteren, hier en daar wat onduidelijkheden verduidelijken en af en toe wat commentaar leveren. Ook namens ons veel leesplezier!

– De redactie, juli 2005 –

Donderdag 7 juli 2005
DAG 1

06.22 uur          Goedemorgen allemaal! We staan aan het begin van een nieuwe vakantie. Een reis die ons 18 dagen lang door nieuw gebied zal leiden. Op dit moment zitten we in de auto en rijden we door Duitsland, op weg naar Praag. Daar zullen we in de namiddag of het begin van de avond aankomen. Morgen hebben we de hele dag uitgetrokken om de stad te bezoeken. Zaterdag vervolgen we de reis naar Balatonfüred aan het Balatonmeer in Hongarije, waar we een week verblijven. Dan gaan we door naar Pula in Kroatië, waar we ook een week blijven, alvorens aan de terugreis te beginnen, waarbij we een dagje Wenen zullen aandoen. Een hoop te doen dus, maar dit allemaal later, eerst terug naar de afgelopen weken en dagen. Al lange tijd worden er voorbereidingen getroffen voor deze vakantie. Een hoop landen zorgt immers voor extra veel informatie die we moesten opvragen. Zo zijn bijvoorbeeld enkele ambassades en de ANWB ingeschakeld om te achterhalen of we met onze identiteitskaarten wel deze landen mogen bezoeken. Gelukkig mag dit wel. Ook zijn er bij de bibliotheek diverse reisboekjes gehaald, die ons wat leuke locaties moeten aanwijzen. Wegenkaarten zijn ook geprint en gekleurd met de goede routes. Gisteren is alles  ingepakt en met een volle kofferbak rijden we nu over de Duitse snelwegen. Vanochtend zijn we vanaf 02.15 uur opgestaan. Toen we allen gereed waren, vertrokken we om 03.45 uur. Het was nog donker en de weg was saai. Vlak voor de grens met Duitsland stopten we even om te tanken en na de grens opnieuw, maar toen voor een plaspauze en een gekookt eitje.

11.39 uur          Lange ritten zijn saai en duren lang. Gelukkig zijn er een aantal middelen om dit een beetje te verhelpen. Zo hebben we een hele tas etenswaar en snoepgoed bij ons om een aantal kilometers weg te vreten. Het leesvoer doet de tijd dan weer een beetje vergeten. Qua dag hebben we het wel getroffen. Dan niet gesproken over het weer, waarbij er soms behoorlijk hevige buien de lucht uit vallen, maar wel over de drukte op de weg. Het is namelijk helemaal niet druk en op enkele wegwerkzaamheden na, waar we langzaam doorheen moeten rijden, kunnen we lekker doorkarren. In de tussentijd hebben we ook nog twee keer gestopt voor een plas-, eet- en drinkpauze. Bij het toiletbezoek waren we nog net op tijd, want op datzelfde moment stopte er ook een grote bus met oma’s en opa’s. En zij wilden ook gretig gebruik maken van de kleine, vieze, stinkende toiletten. (En het winkeltje om Cornetto’s te kopen!)

13.28 uur          Voor het eerst betreden we Tsjechische bodem. Dit heeft echter iets langer geduurd dan verwacht. De snelweg besloot namelijk om er zomaar mee op te houden, waardoor we genoodzaakt waren de reis te vervolgen via tussendoorweggetjes tussen kleine dorpjes. Door een typisch Duits landschap met bergen, bomen en een rivier, wisten we uiteindelijk de grens te bereiken. Hier kochten we een vignet voor op de autoruit, om daarmee de douane te kunnen passeren. De eerste impressies van Tsjechië zijn niet bijster bijzonder: alles ziet er vrij simpeltjes uit en het regent hard. Nu is het zoeken naar de goede weg naar Praag.

14.34 uur          Tsjechië is niet echt toeristvriendelijk. Omdat de goede weg was afgesloten, zaten we nog op kleine weggetjes. Het zoeken van de goede richting valt niet mee, omdat bordjes hier niet altijd aanwezig zijn. Toch wisten we, dan wel met of zonder omweg, de goede kant op te rijden. We rijden nu op een normale weg naar Praag. De omgeving ziet er hier uit als in Duitsland en de huizen tref je hier aan in alle kleuren, maten en staten. De taal is echter onbegrijpelijk: vreemde lettercombinaties zorgen voor onuitspreekbare woorden en geen enkel woord is af te leiden uit het Duits.

21.04 uur          Daar zitten we dan, in ons mooie appartementje. Dit heeft ook nog even geduurd. Na een kleine stop, waar we heerlijk genoten van goedkope Tsjechische ijsjes, reden we Praag in. Een kleine hel konden we het op dat moment ook noemen. Ten eerste wisten we niet waar op de kaart precies we Praag in reden. Toen we er eindelijk achter waren waar we zaten, moesten we nog naar het pension rijden. Op een kaartje uit een bibliotheekboek zag dit er vrij gemakkelijk uit, maar in Praag was het druk, waren de straatjes erg smal en mochten we tot overmaat van ramp heel weinig straatjes in rijden, waardoor we telkens rondom de plek waar we heen moesten, werden geleid. Na een behoorlijke tijd reden we eindelijk langs Pension 2000 (Originele naam, wanneer zou dit pension geopend zijn? – redactie), maar een parkeerplek op deze weg konden we vergeten, het was immers een grote en drukke straat, die nog half open lag ook. Na weer wat rondjes kwamen we in een parkeergarage terecht, waar we een plek konden vinden voor de auto. Alle spullen die we nodig hadden, namen we mee naar buiten. Door het centrum heen, liepen we naar het pension. Daar aangekomen, konden we inchecken en kregen we de sleutel voor appartement 21. Bepakt liepen we naar de tweede verdieping. Het appartement was groot en zag er mooi uit. Er zijn twee slaapkamers, waarvan eentje met een tv, tafels en stoelen. Er is een klein keukentje, een luxe badkamer en zelfs een klein balkon (echter alleen toegankelijk als je uit het raam klimt). We verdeelden de bedden, ruimden wat spulletjes op en besloten wat we toen zouden doen.

We hadden honger en wilden op zoek gaan naar een tentje om te eten. Er moest echter eerst geld gepind worden. Aan de overkant van de straat vonden we een bank waar we de portemonnee konden vullen met Tsjechische kronen. Vervolgens liepen we verder een stuk van het centrum in. We wilden echter nog niet teveel zien, omdat we morgen daar de hele dag voor hebben. Om ons heen reden de trams, bussen en auto’s nog vrolijk rond. Bij het tweede eettentje gingen we zitten. De kaart zag er vrij gevarieerd en lekker uit. Mama en Moelai namen een varkenschnitzel, papa patat en ik kipfilet. Het smaakte allemaal vrij goed en de prijs mocht er ook wezen. Als toetje namen we een softijsje bij een tentje iets verderop. Over de prijzen gesproken, we merkten dat alles hier erg goedkoop te krijgen was. Op de terugweg liepen we nog langs een muziektheater en een soort V&D, die we nog even zijn in gegaan. Het was echter tegen 20.00 uur en alles ging sluiten. We liepen terug naar het hotel, waar de televisie meteen weer aanging voor het belangrijke wereldnieuws van vandaag. Er is namelijk een grote terroristische aanslag gepleegd in Londen. Vier bommen zijn daar in het openbaar vervoer afgegaan, waar al minstens zevenendertig mensen om het leven zijn gekomen. Ik ben vervolgens gaan typen, terwijl de rest van alles en nog wat deed. Nu het al 21.40 uur is, zijn we allemaal erg moe en willen we gaan slapen. Het was een lange dag en dat zal het morgen ook weer gaan worden. Dobrov noc!

Commentaar? Geef het maar!
Hans:   Vannacht weinig geslapen, vroeg opgestaan. Onderweg naar Praag meegevallen, rustig op de weg, maar af en toe een stevige regenbui. Tsjechië heeft waardeloze wegbewijzeringen. Praag is chaotisch om in te rijden, overal eenrichtingsverkeer. Hopelijk gaat het zaterdag goed als we wegrijden. Morgen hoop ik te genieten van Praag.
Moelai: Het was lang om in de auto te zitten. Ik heb zin in morgen en dat was het ofzo.
Ria:       Het was een koude, natte reis naar Praag, maar uiteindelijk is de dag toch erg snel om gegaan. Ik ben erg moe, maar morgen ga ik heel erg van Praag genieten.

Vrijdag 8 juli 2005
DAG 2

18.53 uur          Vandaag was het een vermoeiende dag in Praag. Hij is echter nog niet voorbij, omdat we zometeen nog moeten eten. Eerst naar het eten van vanochtend. Tussen 08.00 uur en 10.00 uur hadden we de gelegenheid om te ontbijten in het daarvoor bestemde zaaltje. Het was een normaal ontbijt waarover we niet mogen klagen: boterhammen, harde broodjes, beleg, yoghurt, appels, cornflakes, koffie, thee en jus d’orange. Een vreemde man stond er bij en keek er naar, om af en toe wat bij te vullen.  Vlak na het ontbijt zijn we al vertrokken. Het weer was niet echt vrolijk, het regende enorm hard. Maar gelukkig hadden we twee paraplu’s bij ons om ons zo droog mogelijk te houden. In het boekje hadden we een aantal dingen gevonden die we graag wilden zien. Onze eerste bestemming was een groot plein, maar onderweg kwamen we erachter dat we nog wat Slowaaks geld nodig hadden voor een vignet. Eerst moesten we dus op zoek naar een plek om te wisselen. Geen probleem, dachten we, omdat er om de paar meter in Praag een wisselkantoortje te vinden is, een beetje belachelijk eigenlijk. Helaas wilden zij ons geen Slowaaks geld geven, maar alleen buitenlands geld omwisselen voor Tsjechisch geld. Een gewone bank bood uiteindelijk uitkomst. We liepen verder en kwamen langs een kleine markt, waar ze vele toeristische dingetjes en groente en fruit verkochten. Moelai vond hier een leuke Von Dutch pet voor zeer weinig geld, zes keer zo goedkoop als in Nederland. In een winkeltje vond ik een leuke sleutelhanger van Praag. Na een paar winkeltjes konden we door naar het plein, waar we precies om 12.00 uur aankwamen. Bij de klokkentoren van de kerk gingen juist op dat moment twee luikjes open, waardoor de twaalf apostelen zich even lieten zien. Het uurwerk van de torenklok zag er indrukwekkend uit. Het is een speciaal astronomisch uurwerk waarop naast de tijd, ook de dag, maand en temperatuur in Moskou aangegeven wordt. Moskou, vanwege de geschiedenis met dit land. Het was druk op het plein, overal waren toeristengroepen en vele andere mensen te zien. Iedereen met paraplu’s of poncho’s overigens, omdat het nog steeds goot. Vervolgens gingen we op zoek naar de tweede bestemming van vandaag, de joodse wijk Josefov en een zeer bijzondere begraafplaats. Helaas had deze laatste een kleine lunchpauze, waardoor we een halfuurtje moesten wachten. We wilden zelf even wat drinken en gingen een tentje aan de overkant in. Hier namen we wat te drinken met een stuk cake. Het was, in tegenstelling tot alle normale winkels, vrij prijzig, maar wel lekker. Toen was het tijd voor de joodse wijk. We moesten een kaartje kopen waarmee we toegang kregen tot zes verschillende bezienswaardigheden in deze wijk. We begonnen met de Pinkas Synagoge. Deze was zeer bijzonder, omdat op de wanden alle 77.000 namen, inclusief geboorte- en sterfdatum, van joodse slachtoffers uit de Tweede Wereldoorlog vermeld staan. Foto’s maken en filmen mocht helaas niet.

22.07 uur          We liepen naar buiten voor de oude joodse begraafplaats. Deze had echter niets met WO II te maken. In de 15e eeuw werden alle joden op deze plek begraven, allemaal zeer dicht op elkaar. Dit omdat ze op andere plekken destijds niet begraven mochten worden. De begraafplaats zag er erg indrukwekkend uit. Nog nooit hadden we een begraafplaats gezien waarbij er duizenden grafstenen zo dicht op elkaar stonden gepakt. De teksten op de stenen konden we echter, vanwege de oudheid en het schrift, niet lezen. Het regenachtige weer zorgde voor een zeer toepasselijke sfeer bij deze wirwar van stenen. We besloten het volgende te bezoeken en kwamen terecht in de Ceremoniehal, waar een aantal vitrines met spullen als gebedsboeken en zilverwaar stond. Ook de Klaus Synagoge stond vol met deze vitrines. Het zag er wel mooi uit, maar het was een beetje veel van hetzelfde. Alsof dit nog niet genoeg was, stond er verderop de Maisel Synagoge en weer een stukje verder de Spaanse Synagoge. Deze laatste had weer dezelfde soort vitrines, maar de synagoge zelf zag er wel erg mooi uit.

Na dit bezoek aan de joodse wijk was het tijd voor het volgende onderdeel, de Karlova-brug. Via een weg, gedeeltelijk langs het water, liepen we hier naartoe. Eerst kwamen we bij een andere brug, waarvandaan we een leuk uitzicht hadden op de Karlova-brug. Bij de laatstgenoemde brug was het erg druk met toeristen. De regen was gelukkig al voorbij en overal op de brug stonden kraampjes met portrettekenaars. De brug zelf had allerlei beelden aan weerszijden. We zijn de hele brug afgelopen naar de overzijde. Daar hadden we trek in iets lekkers. Buiten bij een Chinees restaurant hing een menukaart, voor 89 kronen kon je een heel bord eten krijgen, omgerekend zou dat zo’n €3,00 zijn! Het zag er goed uit, maar het was nog te vroeg voor een diner en daarom liepen we een McDonald’s (They’re lovin’ it! – redactie) in voor iets kleins: twee salades, een patatje en een Chicken Roll. Het vulde de lege magen toch weer een beetje. Moelai wist hier ook haar lege nek te vullen met een kettinkje. De belangrijkste dingen van Praag hadden we nu gezien en we liepen terug de brug over, op weg naar een gedeelte wat we nog niet gezien hadden. Hier waren vele toeristenwinkeltjes met Russische matroesjkapoppen, die hier schijnbaar ook zeer populair zijn. Dit zijn die poppen waarvan er meerdere in elkaar zitten. Als je de ene opent, komt er weer een tevoorschijn en als je die weer opent zit er weer eentje in, enzovoort. Je had ze in veel verschillende kleuren en ‘aantallen’. Mama vond enkele poppen vrij aantrekkelijk om te kopen, maar de prijzen waren helaas afschrikwekkend. Op een gegeven moment kwamen we weer terug op het plein met dat bijzondere uurwerk.

We waren moe en besloten om terug te lopen naar het appartement om uit te rusten. Hier waren we hard aan toe. Toen we weer honger kregen, zijn we naar de pizzeria om de hoek gegaan. We vulden onze magen opnieuw met een pizza Margeritha, Fantozzi en Vegetariana en spaghetti bolognese. Het smaakte allemaal erg goed en de rekening was erg laag. Uit de auto in de parkeergarage hebben we vervolgens wat te drinken gehaald en bij de avondwinkel een ijsje van het Tsjechische geld dat we nog over hadden. Nu waren we helemaal moe en we gingen terug naar onze kamer, waar we opnieuw heerlijk konden uitrusten. We hebben meteen de foto’s van gisteren en vandaag kunnen bekijken. Nu zijn we hard aan slaap toe. Na deze lange maar leuke dag in Praag is het morgen weer tijd om verder te reizen naar de volgende locatie. Na shledanou! (Gezondheid! – redactie)

Commentaar? Geef het maar!
Hans:   Jammer van de regen. Desondanks behoudt Praag zijn historische waarde aan de vele gebouwen. Veel gezien voor een hele dag.
Moelai: Ehm, ik ben heel erg blij met mijn Von Dutch pet en mijn kettinkje. Ehm, de begraafplaats was wel bijzonder, maar wel heel erg saai. Het was erg veel lopen op m’n hoge hakken. Op een gegeven moment wordt je die winkeltjes met matroesjka’s ook wel zat. Het eten was wel lekker en nou ben ik moe.
Ria:       Ik heb erg genoten van de dag in Praag, erg leuke stad en wat me het meest van deze dag is bijgebleven is toch wel de joodse begraafplaats.

Zaterdag 9 juli 2005
DAG 3

13.00 uur          We rijden nu door Slowakije, maar als je zou zeggen dat we door Nederland rijden, geloof ik het ook. De omgeving lijkt hier namelijk precies hetzelfde. Het is vandaag de derde dag en straks zullen we aankomen bij het Balatonmeer. Vanochtend moesten we echter eerst uit Praag vertrekken. Daarvoor moesten we vroeg opstaan, zodat we vroeg konden ontbijten.

13.20 uur          En opeens bevinden we ons in Hongarije! Maar eerst het ontbijt dat we voor 08.00 uur al konden nuttigen. De paar bekertjes yoghurt die gisteren al over datum waren, lagen er nu nog steeds. De harde broodjes waren er bij binnenkomst van de zaal nog niet, maar even later werden ze gebracht. Na het ontbijt maakten we ons klaar voor vertrek. Het uitchecken was simpelweg de sleutel aan de baliemedewerkster geven. Bepakt liepen we terug naar de auto. Vandaag scheen het zonnetje wel in Praag, maar ja, daar hadden we weinig meer aan. We betaalden de parkeergarage en hoopten dat we Praag makkelijk uit konden komen. Dat was gelukkig wel het geval. Al vrij snel zaten we op de snelweg die richting Slowakije ging. De weg was lang, recht en saai. Veel andere automobilisten waren er niet. Er waren ook vele momenten tijdens de reis dat er geen enkele andere auto te zien was. We volgden de borden met Bratislava. Helaas was er weer een omleiding, waardoor we dus een stukje werden omgeleid. Voordat we de grens bereikten, hebben we nog even gestopt bij een benzinestation om de benzinetank vol te tanken en het laatste restje Tsjechische geld met wat etenswaar op te maken. Bij de grensovergang verliep alles gemakkelijk. Bij een loket moesten we een Slowaaks vignet kopen met het geld dat we gisteren gewisseld hadden. Natuurlijk was er weer een beetje over, dat we bij een winkeltje verderop besteed hebben. Bij het winkeltje ging een grappig bord dat vliegen verboden waren. (Let op het meervoud in deze zin.) Slowakije was verder niet heel interessant. De tijd kon ik doden met een leesboek. Toen we de grens van Hongarije bereikten, moesten we opnieuw een vignet kopen. Gek genoeg namen ze geen Hongaarse forinten aan, maar wilden ze euro’s hebben. Gelukkig had papa die ook bij zich. Het vignet plakte hij in de derde vrije hoek van de autovoorruit. Nu maken we ons klaar voor de laatste kilometers hier in Hongarije, op weg naar Balatonfüred. De hele tijd hebben we al een leuke Duitstalige radiozender met bekende muziek en het weer is nog steeds droog, dus we mogen niet klagen.

14.44 uur          Die laatste twee dingen had ik niet moeten zeggen: even later begon het namelijk te regenen en weer even later viel de zender uit. We waren daarom ook weer erg blij dat het even later weer droog werd en we weer even later een nieuwe leuke zender vonden. Het gekke was wel dat hij af en toe twee liedjes fragmentarisch uitzond. De snelweg zijn we nu af en de rest van de route moeten we vervolgen over kleinere wegen door boerenland en dorpjes. Daarnet hebben we eventjes gestopt langs de weg voor een plaspauze. Een vriendelijke man vroeg ons in het Duits of we naar een vakantiehuisje aan het Balatonmeer gingen. Ik zei dat we in een stacaravan in Balatonfüred zouden zitten en hij wenste ons veel plezier. Wat hij verder op de parkeerplaats deed, was ons een raadsel. Hij liep namelijk maar een beetje heen en weer met een radio in z’n hand.

21.57 uur          Daar zitten we dan, op ons terrasje voor onze stacaravan. Ik zal vertellen hoe het zover gekomen is. We reden het laatste stukje door naar Balatonfüred, wat netjes stond aangegeven op de borden. Na een korte tijd reden we het dorpje in en zagen we het Balatonmeer aan onze linkerhand. In het dorpje was het een stuk drukker dan op de weg er naar toe. Het aantal Denen viel op. Na het vervolgen van de hoofdweg kwamen we bij de camping aan: ***Camping Füred (voor de goede orde: *** = drie sterren, en niet een of ander drieletterwoord – redactie). Hier moesten we eventjes in de rij voor de ingang blijven staan met de auto. Na het invullen van een papiertje, konden we de auto op de parkeerplekken neerzetten. Nu moesten we de receptie in om in te checken. Hier stond helaas een behoorlijke rij en er was maar één incheckbalie, waar alles zeer moeizaam verliep. Na een lange tijd wachten, waarin we ook even wat foldertjes van de omgeving konden verzamelen, waren we aan de beurt. Na het overhandigen van de reispapieren en onze identiteitskaarten, kregen we een paar papiertjes en werden we doorverwezen naar de balie ernaast, waar we opnieuw moesten wachten. Hier moesten we toeristenbelasting betalen en werd ons de weg gewezen naar het tentje van Happy Camp, waar we meer informatie zouden krijgen. De kaart van de camping was uitgebreid en toen we over het terrein reden, dachten we meteen terug aan Camping Bella Italia van vorig jaar. Deze gedachte werd nog sterker toen we langs de stacaravans van Happy Camp reden, deze waren exact hetzelfde als vorig jaar! Bij het tentje van Happy Camp troffen we twee vrolijke Britse personen aan, die een verhaaltje vertelden, borg aan ons vroegen, de sleutel van caravan 4 overhandigden en vervolgens deze caravan lieten zien. Van binnen is de caravan ook identiek aan die van vorig jaar. Net zo klein en alles op dezelfde plek. Het enige verschil is dat er in de kamer van Moelai en mij nog een bed aan de muur hangt. We hebben dit jaar alleen iets minder privacy, de caravans staan dan wel verder van elkaar vandaan, ons terras grenst meteen aan het terras van de buren, die op dit moment Deens zijn. De auto konden we voor de deur plaatsen en zo’n beetje de hele inhoud ervan hebben we uitgeladen en opgeruimd in de caravan.

Hier in Balatonfüred was het lekker weer en we verwisselden onze lange broeken voor korte, behalve Moelai, die een kort rokje aantrok. We vertrokken om de hele camping te verkennen en het meer te aanschouwen. Alle campingplekken zagen er netjes en groot uit. Bij de ingang waren een aantal winkeltjes. We wilden eerst even een paar boodschapjes doen bij het supermarktje. Daarna keken we even wat rond bij een cafeetje, een gebouwtje waar je quads en scootertjes kon huren, een groentekraampje en een strandwinkeltje. Vervolgens liepen we door naar het meer. Aan de kant was volop gras om te gaan zitten. Bomen wierpen wat schaduw voor de verkoeling. Op diverse plekken kon je het water in, bij een klein strandje konden kleine kinderen het water in om te poedelen. Aan land en op het water was het druk. In het water echter niet alleen van de zwemmers. Deze mochten eigenlijk helemaal niet diep komen. Verderop was namelijk een vaarwater voor jachtboten en verderop op het meer zag je ze ook rondvaren. De glijbaan die uitmondde in het water was helaas gesloten. We liepen een stukje langs het water, totdat we aankwamen bij een mechanisme boven het water waarlangs je kon waveboarden. Dus in plaats van voorgetrokken te worden door een boot, werd je meegetrokken door een soort kabelbaan. Het zag er leuk uit, maar je moest wel redelijk wat ervaring hebben. Op het moment dat Moelai even wilde pootjebaden in het water, schrok ze zich rot van een klein waterslangetje dat op dat moment voorbij zwom en eventjes boven water kwam. Mama wist echter te vertellen dat het beestje ongevaarlijk was.

Het was tegen etenstijd en we besloten op zoek te gaan naar een leuk en goedkoop tentje. Het vinden van zo’n tentje was niet moeilijk, het kiezen ervan wel. Verspreid over de camping waren een aantal tentjes en daarnaast was er nog een straatje met een en al tentjes. Alles zag er net iets anders uit, maar de kaarten waren, op een paar dingetjes na, vrijwel gelijk, evenals de prijzen. Eén tentje had wel een zeer bijzondere kaart, hier verkochten ze namelijk Hollandse frikadellen en kroketten. Toch kozen wij een tentje uit waar papa kon genieten van champignonnenhoedjes, mama van Hongaarse varkensfilet, Moelai van zigeunervlees en ik van kabeljauw. Het smaakte allemaal erg goed en we betaalden ook nog eens erg weinig. Om een impressie te geven, het was, inclusief drankjes, 5380 forinten, wat gelijk is aan €22,42! Dat noem je nog eens goedkoop uit eten gaan. We wilden nog wel een stukje buiten het park lopen, maar het was al een stuk afgekoeld, waardoor we ons eerst even verkleed hebben bij de caravan. We liepen het park uit, waar we aan de overkant iets zagen wat er nogal bijzonder uit zag. Vanuit de verte leek het een klein dorpje van witte, halfronde huisjes. Het deed mij een beetje denken aan Tatooine uit Star Wars. Het bleek ook echt een klein dorpje te zijn, er waren straatjes en huizen in een Griekse setting. Sommige huisjes hadden trappetjes zodat je het dak op kon. In een aantal huisjes was een toeristenwinkeltje gevestigd, maar velen stonden leeg. Achteraan waren ook nog allemaal vreemde lelijke kooien voor meerdere winkeltjes, maar slechts een paar waren bezet. Iets verderop stond een kleine kartbaan op de parkeerplaats. Via de andere kant van het ‘dorpje’ liepen we terug. We vroegen ons af wie ooit op het idee was gekomen om zoiets te maken, want het was erg maf. (Een maffe ingenieur? – redactie) We vonden toch nog een kraampje waar ze schepijs verkochten tegen een lage prijs. Natuurlijk konden we dit niet weerstaan. Na een lekker ijsje liepen we terug naar de camping, om uit te rusten bij de caravan. We zitten nu allemaal met jassen op het terras, waar het zo nog prima te vertoeven is. Mama en Moelai zijn op dit moment aan het pesten (met kaarten). De lucht is helder en er zijn veel sterren te zien, waardoor we hopen dat het morgen ook lekker weer wordt. Dat zullen we morgen dus wel gaan merken, zoveel zijn we niet van plan te gaan doen. Hierbij besluit ik ook het stuk voor vandaag. Tot morgen!

Commentaar? Geef het maar!
Hans:   Ja, wat moet ik nou weer zeggen, wat was het. Praag is makkelijk uit te rijden, de reis is nog meegevallen om naar Balaton heen te gaan. Ik had Hongarije anders verwacht, meer bergachtig, maar vele delen waren vlak. Het is wel heel erg goedkoop in Hongarije. Met de zon vertrokken uit Praag, met de zon aangekomen aan het Balatonmeer.
Moelai: Het was vandaag lang om in de auto te zitten en ik vond het best wel moeilijk om geld uit te geven bij benzinestations, terwijl het bij normale winkels wel zo makkelijk is. Ehm, nou, ik zeg niks meer, nee, wat, nou. (giechel) Nee, nee, nee, ik. De stacaravan is weer hetzelfde als vorig jaar in Italië. Het park is leuk, allemaal goedkope eettentjes, het goedkope eten was lekker en het witte nagemaakte stadje was leuk om te zien, want het leek net een filmlocatie. Ik vind het jammer dat het niet zo’n mooi, warm weer is.
Ria:       Na weer een lange rit weer veilig in Balatonfüred aangekomen. Mooie camping en we hebben goedkoop en heerlijk kunnen eten hier. Hopelijk wordt het ook nog wat mooier weer.

Zondag 10 juli 2005
DAG 4

22.21 uur          Het was vandaag de eerste echte zomerdag van deze vakantie. Vandaag was een dag die leek op een vakantiedag van vorig jaar, een heerlijke rustige dag met genoeg ontspanning. Vanochtend hebben we lekker rustig aan gedaan. We ontbeten met de broodjes die we gisteren gekocht hadden. Daarna zijn mama en Moelai opnieuw even naar de supermarkt gegaan om nieuwe broodjes voor de lunch te kopen en een fles allesreiniger, zodat mama de boel een klein beetje kon reinigen, want ze vond enkele dingen nog vies. Moelai heeft zich de rest van de ochtend vermaakt met Marioland 2 op haar Gameboy en ik heb een Japanse puzzel gemaakt, want dat boekje heb ik ook dit jaar meegenomen. Het was vandaag een heerlijke dag, met warm weer. Er waren wel een paar wolken, maar deze konden de pret niet bederven. Na de lunch, met een gekookt eitje, splitsten onze wegen. Moelai had geen zin om een wandeling te maken en wilde liever bij het water in het zonnetje liggen, terwijl ze muziek luisterde en een boekje las. Mama, papa en ik hebben een stuk door Balatonfüred gelopen. We liepen het park uit en gingen rechtdoor bij de rotonde. Via het kaartje hadden we gezien, dat als we even later rechtsaf zouden slaan, we uit zouden komen bij het station. Deze laatste weg was lang. Onderweg kwamen we wel langs een druivenplantage, waar de druiventakken al rijkelijk gevuld waren met druiven, weliswaar nog wel erg kleine. We liepen verder en kwamen uiteindelijk bij het station terecht, waar we op een aantal blaadjes met vertrek- en aankomsttijden keken. We willen deze week namelijk met de trein naar Boedapest gaan. Helaas hebben we het treinidee verworpen, omdat de tijden nogal onhandig waren. Om een redelijke dag in Boedapest te hebben, zouden we om 06.00 uur al op moeten staan en om 18.15 uur al moeten vertrekken vanuit Boedapest, omdat er geen latere trein naar Balatonfüred terug gaat. Dit wilden we niet en we besloten om, waarschijnlijk dinsdag, met de auto er heen te gaan. We liepen verder en gingen op zoek naar het centrum. Aan een voorbijganger vroegen we de goede richting. Natuurlijk liepen we weer de verkeerde kant uit. Toen we in het centrum aankwamen, vroegen we ons af of dit ook daadwerkelijk het centrum was. Er was namelijk niet echt een centrum te bekennen. In een klein hoekje stonden een aantal marktkraampjes, er was een bank en een klein cafeetje. Dit alles rondom een normaal kruispunt. We namen Hongaarse forinten op bij de bank en keken eventjes bij de kraampjes (waar we binnen een minuut weer weg waren).

We hadden wel lang genoeg gelopen en gingen terug naar de camping. Ondertussen begon ik ook last te krijgen van de slippers waar ik op liep. Het gevolg was een klein wondje boven mijn linker grote teen. Bij een benzinestation kochten we nog een koud ijsje. Moelai was nog niet bij de caravan terug. We gingen even bij het water kijken, waar een hele hoop mensen van de zon lagen te genieten, inclusief Moelai, die eigenlijk net op het punt stond om te vertrekken. Omdat het zo warm was, wilden we het water op met een waterfiets. Dus liepen we eerst terug naar de caravan om onze badkleding aan te trekken. Voor een uurtje konden we een waterfiets huren. Daarbij mochten we vrij rondtrappen op het meer, maar we mochten niet in het zwemgedeelte en het waterskigebied komen. Moelai en ik begonnen met trappen. Het was zalig op het water, zo zalig dat Moelai het water ook even uit wilde proberen. Met een grote sprong sprong ze in het water, dat nog best koud aanvoelde. Even later volgde papa. Mama en ik fietsten een stukje verder en even later wisselden we. Het water was koud, maar na een tijdje was het best lekker om in rond te zwemmen. De tijd ging natuurlijk erg snel en we waren een stuk van het beginpunt verwijderd. We moesten terug en kwamen daar precies op tijd aan, het waterfietsen was voorbij. Bij de caravan hebben we nog een hele tijd lekker buiten gezeten. Daarna zijn Moelai en papa gaan badmintonnen, ben ik gaan puzzelen en is mama begonnen met koken. Na een tijdje konden we macaroni eten, die lekker, maar wel erg scherp was. Na de afwas hebben we weer buiten gezeten, totdat we daar genoeg van hadden. We liepen richting het water, waar we bij een speelhal airhockey hebben gespeeld. Eerst papa tegen mij, toen wilde Moelai tegen mij. Het spel was erg leuk en ondanks een harde strijd, won ik tweemaal. We liepen vervolgens een pier bij het water op, waar we naar de omgeving, het water en een hele grote school visjes hebben staan kijken. We liepen terug via een andere speelhal en langs een bar, waar ze heel erg veel verschillende shakes en cocktails verkochten. Deze shakes konden we niet overslaan en zo zaten we een paar minuten later met een overheerlijke ijskoude vruchtenshake in onze handen. Teruggekomen bij de caravan hebben we niets bijzonders meer gedaan, mama en Moelai zijn weer gaan pesten, ik ben dit uit gaan typen en papa zat er maar een beetje bij. Op een gegeven moment sprong Moelai een halve meter achteruit. Op de tafel was een grote insect geland, die geen vleugels leek te hebben. Hij was uit de boom gevallen. Het leek ons leuk om hem als huisdiertje te houden en hebben er een glas overheen gezet. Henkie is heel erg speels en is een echte acrobaat die vele kunstjes kent: hij kan rollen, weer opstaan en zelfs dood liggen. Henkie is lief! (Hi ha Henkie, Henkie Henkie Henk! – redactie) Hopelijk gaat hij niet echt dood en kan hij morgen nog meer kunstjes aan ons vertonen. Over morgen gesproken, we zijn moe en gaan zo naar bed. Tot later!

Commentaar? Geef het maar!
Hans:   Het was een rustige dag, heerlijk gewandeld naar het dorpje Balatonfüred, even gewaterfietst, we hebben geen waterslangen gezien en een heerlijke ijskoude kokosshake gedronken.
Moelai: Het was een warme dag. Het water was ook lekker. De aardbeienshake was echt heerlijk! Henkie kicks ass!
Ria:       Een heerlijke, warme, rustige zomerdag. Genoten op het water en ik heb een heerlijke milkshake gedronken.

Maandag 11 juli 2005
DAG 5

20.32 uur          Toen we vanochtend wakker werden, regende het enorm buiten. De hele nacht en morgen heeft het gestormd. Buiten was het nat en drassig. We maakten ons zorgen om Henkie, zou hij zo’n wilde nacht wel overleefd hebben? Toen we bij hem keken, kon ons hart eindelijk wat zachter kloppen, want alles was in orde. Hij zat er wel wat stilletjes bij, daar onder zijn bekertje, maar hij was nog in leven. Na het ontbijt, toen het eindelijk was opgeklaard, zijn we eerst even naar de supermarkt voor de camping gegaan, want we hadden wat te drinken nodig. In de supermarkt was het hartstikke druk, maar al snel vonden we wat flessen limonade en water, zodat we snel weer weg waren. Toen we terug kwamen, sloeg de schrik ons om het hart, Henkie deed niets meer. We probeerden hem nog wel tot leven te wekken, maar dit had helaas geen zin meer. We hebben Henkie eervol gecremeerd en hem een mooi plekje gegeven in de boom voor onze caravan. Henkie, je was lief, rust in vrede. (Henkie, je was een prima kerel, het ga je goed – redactie)

Na de lunch zaten we te twijfelen of we naar Tihany of Veszprém zouden gaan. In een boekje stond dat er in Veszprém niets te beleven viel, dus viel de keus op Tihany, waar wel een aantal interessante dingen waren. Het was net iets te ver om te lopen, dus stapten we de auto in en reden we er naar toe. Tihany was een voorbeeld van een typisch toeristendorpje. Om te beginnen moesten we de auto kwijt zien te raken. Dit was gelukkig geen probleem, omdat auto’s van toeristen geld kunnen opleveren voor de plaatselijke bevolking. Het parkeren was nogal primitief, met een mannetje dat een bonnetje aan ons gaf, waarop hij zelf de tijd bij hield. We liepen het centrumpje in, dat vol stond met toeristische marktkraampjes met kleedjes, aardewerk en andere prullaria. We vroegen ons af hoeveel zij op een dag verdienen. Ook werden er bij vele kraampjes gedroogde ‘paprika’s’ verkocht, die wij beter kennen als rode pepers. Er was zelfs een heus Paprikahaus. Bij vele winkeltjes verkochten ze ook ansichtkaarten. Zoals elk jaar wilden wij het thuisvolk laten weten hoe het met ons gaat, dus zochten we een viertiental mooie kaarten. Er zaten echter vijf grote kaarten bij, waarvoor ze geen postzegels verkochten. Ik was teleurgesteld, want het waren mijn kaarten. De overige kaarten kochten we wel en we gingen op zoek naar een ander winkeltje, waar ze dezelfde kaarten én goede postzegels zouden verkopen. Deze vonden we iets verderop. Vervolgens liepen we een heuvel op, waar een abdijkerk stond. Hier bevond zich ook de bekende Pisky-promenade, waar je een prachtig uitzicht had over het Balatonmeer. Hier namen mama en Moelai een ijsje en papa en ik een slush. Nadat we nog even het meer hebben bewonderd en op zoek zijn gegaan naar onze camping, liepen we weer terug naar de auto. We gingen op zoek naar de veerboot, die we zaterdag willen gebruiken voor het vervolg van de reis. Tihany is een schiereiland van het Balatonmeer en hier is de oversteek naar de overkant het kortst. We vonden de pont en noteerden de vertrektijden. Hij vertrekt om de 40 minuten, dus dat zou geen probleem mogen vormen. Tevreden reden we terug naar de camping, waar mama de kaartjes is gaan schrijven. Ik ben zelf ook begonnen met het opschrijven van de adressen. (Wow, dat is veel schrijfwerk! – redactie) Het schrijven moet ik, het liefst straks, nog doen. Vervolgens zijn mama, Moelai en ik gaan pesten. Omdat het weer begon te regenen, gingen we binnen verder.

Na een tijdje kregen we honger. Vanwege de goedkope restaurantjes hier, zijn we daar weer heen gelopen. We kozen een leuk tentje uit. Het was hier druk, net als bij alle andere tentjes om ons heen. We bestelden en even later konden we gaan eten. Papa had een grote omelet met patat, mama varkensmedaillons met knoflooksaus en aardappelkroketjes, Moelai een varkenslapje met een spiegelei en gegrilde aardappels en salade en ik had een varkenslapje met rijst en kaasprut. Alles smaakte best goed en ook de rekening mocht er weer wezen. Vanwege de drukte was ons tafeltje meteen na vertrek van ons weer bezet. Bij de caravan teruggekomen ben ik gaan typen. Plotseling waren we getuige van de eerste vliegles van een jong vogeltje. Helaas verliep deze niet zo goed, hij vloog tegen de caravan van de buren op en wist nog net te landen op een stoel. Daarna bleef hij een beetje hulpeloos om zich heen kijken. We zagen dat hij jong was, omdat hij nog enkele donsveertjes had. Na een tijdje begon het zachtjes te tsjilpen, waarna zijn moeder naar beneden kwam vliegen om het beestje te voederen. Ze sprongen en vlogen samen een stukje verder en wij bleven er een tijdje naar kijken. Het zag er fascinerend uit. De takken van de struiken zaten helaas nog wel eens in de weg. Op een gegeven moment verdwenen ze. Even later kregen we gezelschap van een klein beestje, een minischorpioen, die Moelai gevangen heeft. We noemden hem Sjakie. Jammer genoeg was Moelai zo wreed om hem in het kaarsvet te gooien (Dierenbeul! – redactie) en nu ligt hij naast Henkie in de boom. Nu ga ik dit verhaal voorlezen en dan gaan we naar bed. Morgen moeten we vroeg opstaan, want we willen naar Boedapest gaan. Slaap lekker!

Commentaar? Geef het maar!
Hans:   Regen, regen, regen. Ben wakker geworden met regen. Gelukkig klaarde het op en konden we lekker weggaan naar Tihany. Leuk, knus dorpje. Avondmaaltijd heerlijk Spaanse omelet gegeten met frites.
Moelai: Ik werd vannacht wakker door het onweer en de regen. Tihany was wel leuk, maar ook wel weer saai. Het eten was lekker. Henkie was lief…R.I.P. Sjakie de schorpioen was ook lief…R.I.P.
Ria:       Na een paar geweldige plensbuien was ik toch blij dat het zonnetje weer heerlijk ging schijnen. Tihany vond ik een prachtig schiereiland, ik vond het een mooiere dan waar wij zitten op de camping. Maar desondanks is onze plek ook leuk en we hebben weer heerlijk gegeten.

Dinsdag 12 juli 2005
DAG 6

21.50 uur          Vandaag hebben we een bezoek gebracht aan een Europese hoofdstad die we nog nooit eerder hadden bezocht, we zijn dus weer een ervaring rijker. Ik zal beginnen bij vanochtend vroeg, toen de wekker al om 07.00 uur ging. Voor de verandering ben ik eens broodjes gaan halen bij de supermarkt. Het weer viel nogal tegen. Net zoals gisteren wrongen de wolken zichzelf uit. Helaas bleven ze dit de hele dag doen, zodat we de hele dag met paraplu’s hebben rondgelopen. Maar desondanks wilden we naar Boedapest gaan. Na het onbijt pakten we onze spullen. Op dat moment hadden we nog hoop op zon, zodat een apart tasje met korte broeken meenamen. We stapten in de auto voor een lange rit, Boedapest konden we gemakkelijk vinden, maar toch hebben we er zo’n twee uur over gedaan. Gelukkig had ik een boekje bij me, dat ik uit heb kunnen lezen. Het was het tweede deel uit de vijfdelige ‘The Hitchhiker’s Guide to the Galaxy’ trilogie. (Vijfdelige trilogie, logisch toch? – redactie) Het was een erg leuk boek en ik was meteen benieuwd naar de andere delen. Helaas had ik deze vorige week niet in de bibliotheek kunnen vinden. Het inrijden van Boedapest was ongeveer hetzelfde als het inrijden van Den Haag, de snelweg reed zomaar het centrum in. Zoals altijd op de Utrechte Baan stond ook hier een lange file. Uiteindelijk zaten we aan de rand van het centrum en we konden op zoek naar een parkeerplek. Al vrij snel konden we de auto kwijt in een parkeergarage. Een vriendelijke parkeergarageman verwelkomde ons.

Uit de bibliotheek hadden we een ANWB-boekje meegenomen over Boedapest, waarin ook een mooie plattegrond zat. Daarvan konden we vandaag nuttig gebruik maken. Boedapest is een stad die uit twee delen bestaat: de Boeda-kant links van de rivier de Donau en de Pest-kant, aan de rechterkant. Boeda is de meer historische helft, Pest de culturele helft. We begonnen op de Burchtheuvel van Boeda, dit is precies zoals de naam zegt: een burcht met een complete wijk op een heuvel. Daarvoor moesten we eerst heel erg veel trappen op lopen. In de burcht vonden we een mooie kaart van deze wijk. We begonnen links, waar eigenlijk niet veel te beleven viel. Er zouden wel meerdere dingen moeten zijn hier, maar alles wat we passeerden, was dicht. In het midden van de burcht stond de grote Matthiaskerk, waaromheen zich hordes van toeristen verzameld hadden. De kerk zag er mooi uit, net als het beeld dat ervoor stond. Helaas moest je betalen om de binnenkant te aanschouwen, dit hebben we niet gedaan. Aan de zijkant bevond zich een galerij met allemaal openingen, waarvandaan je een leuk uitzicht had over de Donau en de overkant met Pest. Daar aan het water bevond zich ook het indrukwekkende parlementsgebouw. Toen was het tijd om de andere kant van de burcht te bekijken. Toen we hier naar toe liepen, kwamen we langs een brievenbus, zodat de ansichtkaarten op de bus konden. Gek genoeg was de opening niet zo groot, waardoor twee kaarten nogal moeite hadden om mee te gaan, toch is het gelukt. Aan de rechterkant troffen we een groot afgezet gebied aan, waar ze bezig waren met allerlei archeologische opgravingen. Voor zover we iets konden zien, zagen we sporen van oude muren, die waarschijnlijk van oude huizen waren. Behalve een afgezet gebied, was er ook een enorm groot complex, waarin zich diverse musea en galerijen bevonden. De voorkant werd gesierd door een grote fontein met beelden van de jacht. De musea, die zelf werden bewaakt door stenen leeuwen, hebben we niet bezocht, maar we hebben wel nog even van het uitzicht over de stad genoten.

We hadden gelezen dat er in de heuvel een groot labyrint zat, dus gingen we hier naar op zoek. We zijn eventjes verkeerd gelopen, maar toch vonden we in een straatje de ingang. We moesten een flink aantal trappen omlaag voordat we bij de kassa aankwamen. Hier betaalden we voor twee volwassenen en twee scholieren. Het was de bedoeling dat we zelf door het grote labyrint heen liepen, dat was onderverdeeld in diverse afdelingen. Een kaartje zou ons moeten helpen om niet te verdwalen, niet dat dat echt mogelijk was, maar toch. Het labyrint was vrij donker, om de paar meter hing er een lampje en ook was het vrij vochtig. Op de achtergrond werd toepasselijke mysterieuze, spannende muziek gedraaid. In het eerste gedeelte waren beesten op de muren geschilderd. Helaas was af en toe duidelijk te zien dat deze gemaakt waren en niet echt stamden uit het verre verleden, maar toch waren ze mooi om te zien. We vervolgden de route en kwamen nog door lange gangen, donkere hoekjes en vreemde inhammetjes. Zo was er een kamer waarin een diepe put stond, waaruit zware hartslagen te horen waren. Ook was er een bijzondere trap die uitkwam bij een dichte deur. De trap zelf was versierd met grote stenen. In een andere zaal waren bronnen met water en stonden diverse beelden verspreid. Even verderop kwamen we in een kamertje dat goed verlicht was, in het midden stond een soort zuil die begroeid was met bladeren. Aan de vier zijden waren vier kleine fonteintjes, waarvan er twee in werking waren. Het bijzondere aan de fonteintjes, en dat rook je ook duidelijk, was dat er geen water doorheen stroomde, maar wijn. Proeven kon je echter beter niet doen. Toen we verder liepen, kwamen we langs een kamertje waarin een groot stenen hoofd half uit de vloer stak. Na kamertjes met kettingen aan het plafond kwamen we bij een aantal archeologische stenen. Het was ons echter een raadsel waarom er hedendaagse voorwerpen, zoals een laptop, een bankautomaat en een fles cola, in gehouwen of gegraveerd waren. (Tja, dat noemen ze tegenwoordig ‘moderne kunst’. – redactie) Na deze indrukwekkende tocht liepen we weer naar buiten (weliswaar de eerste keer via de verkeerde uitgang, maar goed) en gingen we op zoek naar een pad dat ons naar beneden zou leiden, om Pest te bezoeken. We vonden een trap naar beneden en gingen op weg naar de Kettingbrug, de bekendste brug van Boedapest, die over de Donau gaat. De brug zelf stelde eigenlijk niet veel voor. In het midden reden de auto’s en aan de zijkanten konden de voetgangers lopen. Op de Donau waren niet veel schepen in beweging, maar de meeste waren dan ook toeristische rondvaartboten, maar gezien het slechte weer had niemand hier blijkbaar zin in.

We waren moe van het vele lopen en gingen aan de Pest-zijde de eerste de beste tent in waar we konden uitrusten en drinken. We bestelden cappuccino en hot chocolate, waarvan de cacao helaas nog niet helemaal goed was opgelost. (En dit later ook niet meer deed, trouwens.) Desondanks was het een lekkere onderbreking. Nu was het tijd voor het winkelgedeelte van de dag. Via een paar straatjes liepen we het centrum in, dat over een paar winkelstraten beschikte. In deze straten was weer een groot scala aan winkels. We zagen grote bekende namen als M&S, C&A en McDonald’s, als kleinere andere winkeltjes.

Woensdag 10.58 uur      Het werd gisteravond al iets te laat, vandaar dat ik nu even verder ga. We zijn een aantal winkeltjes in gegaan om er de spulletjes van te bekijken. Het viel ons op dat er veel winkels waren (eveneens in Boeda) waar ze Hongaarse kleedjes verkochten. Moelai en mama vonden de winkeltjes niet heel erg interessant. Een wat leuker sieradenwinkeltje was ook nog eens heel duur. Bij een kraampje vond ik echter wel een goedkope en leuke sleutelhanger. In een internationale boekenwinkel zag ik de hele vijfdelige ‘Hitchhiker’s Guide’ trilogie staan, dit leek mij wel erg aantrekkelijk, maar ik zat nog te twijfelen over de prijs, die neerkwam op ongeveer €65,00. We liepen maar verder door het centrum en werden steeds vermoeider. Papa had gehoord dat in Boedapest de grootste McDonald’s van Europa in een heel mooi pand zou zitten, maar deze zijn we helaas niet meer tegengekomen.

Het was nu tegen vijven en we hadden geen zin meer om een ander gedeelte van het centrum, met diverse theaters en eetgelegenheden volgens het boekje, te bezoeken. Maar om met lege magen naar huis te gaan was ook geen optie. We zijn daarom maar op zoek gegaan naar een plek om te eten. Tijdens het zoeken kwamen we weer in de eerste winkelstraat terecht, waar ik voor mezelf de knoop had doorgehakt: ik wilde die vijf delen toch wel hebben, want ze zijn erg leuk om te lezen! Schuin aan de overkant vonden we meteen een leuk restaurant. Buiten de deur stond een meneer die ons de kaart liet zien, daarop stonden wel prima gerechten voor ons. Een andere, zeer vriendelijke en vrolijke ober, die ons wel wat aan Mr. Bean deed denken, hielp ons verder aan tafel. Hij raadde ons een typisch Hongaars gerecht aan, waar mama en ik wel zin in hadden: reepjes rundvlees in paprikasaus met noodles en aardappelen. Moelai koos liever voor een gewoon lapje rundvlees en papa bestelde een vegetarisch broccoligerecht. Terwijl we op ons eten wachtten, genoten we van het rijk versierde interieur van het restaurant, alles zag er zeer sfeervol uit, al miste mama de typische Hongaarse muziek. Even later werd ons eten, met een Hongaars vlaggetje, geserveerd, het zag er zeer goed uit en zo smaakte het ook! Alleen jammer van dat stukje groene paprika dat mama, Moelai en ik toevallig op hetzelfde moment op wilden eten. Het bleek geen normale paprika te zijn, maar Hongaarse paprika! (De paprika met pit! – redactie) Op dat moment stonden onze monden lange tijd in brand. Met stukjes brood, die ook op tafel stonden, en wat drinken probeerden we onze monden te blussen. Een tweede minpuntje is dat we later niet meer werden verder geholpen door dezelfde ober. Bij vertrek heeft hij ons ook niet meer gevraagd of alles ook lekker heeft gesmaakt en heeft ons niet meer gedag gezegd. Jammer, want anders was dit echt een toptent geweest!

Door de regen liepen we weer terug naar de auto. Ditmaal hoefden we niet meer over de Burchtheuvel te lopen, maar konden we onder de heuvel door, naast de autotunnel was namelijk ook een voetpad aangelegd. Het was overigens ook mogelijk om tegen betaling met een treintje de heuvel op te komen. Terug bij de parkeergarage betaalden we bij die vriendelijke garageman. Hij wenste ons nog een fijne dag en zei tegen papa dat hij veilig moest rijden. Toen we de parkeergarage uit reden, moesten we al helemaal lachen. De man was zijn hokje uitgestapt om ons nog eens vrolijk na te zwaaien! Het uitrijden van Boedapest was niet zo’n probleem, druk was het wel. Het vinden van de goede weg terug verliep ook zonder problemen. Een tijd later kwamen we weer bij de caravan terug, waar we de rest van de avond binnen hebben gezeten. Ik ben gaan typen en mama en Moelai zijn een spelletje gaan pesten. Nadat Moelai na het pesten een paar Gameboy-spellen had gespeeld, wilde mama ook even Mario proberen, dit ging echter niet helemaal goed. Het ‘game over’-deuntje kwam vrij vaak voorbij. Papa en Moelai hadden het ook constant over het halen van een Hollandse frikadel bij het kraampje op de camping, maar hebben dit uiteindelijk niet meer gedaan. Toen het al vrij laat werd, besloten we maar om naar bed te gaan. Mijn verhaal zou ik de volgende dag, vandaag dus, wel afmaken, omdat we niet van plan waren zoveel te gaan doen. Wat we wel gaan doen, lees je bij het verhaal van morgen. Tot straks!

Commentaar? Geef het maar!
Hans:   Helaas weer een regenachtige dag. Boeda vond ik aardig, met name het labyrint. Pest, het centrum mis ik de gezelligheid. Kennelijk is dit door de regen. Het eten was lekker en het afscheid van de parkeergarageman was lachwekkend.
Moelai: Het was een saaie dag: heel veel gelopen en stomme saaie gebouwen bekeken. De grot was wel oké, de winkeltjes in Boedapest waren ook niks aan, allemaal oude-oma-kledingwinkels en andere stomme winkeltjes. Eten was wel lekker, behalve toen ik die groene peper in m’n mond deed en er op kauwde, dat was niet leuk. Ik stond in brand en deed er alles aan om het te blussen. De terugweg naar huis was net zo saai als de heenweg en nu ben ik moe.
Ria:       Het was een teleurstellende regenachtige dag, omdat het weer ten eerste regende vandaag en ten tweede vond ik Boedapest tegenvallen. Het bezoek aan de grot vond ik het leukste van de Boeda-kant, de Kettingbrug viel erg tegen en het centrum van Pest vond ik ook tegenvallen. Het eten daarentegen was voortreffelijk en ik heb eindelijk matroesjka-poppetjes gekocht.

Woensdag 13 juli 2005
DAG 7

Donderdag 10.53 uur     Gisteren werd het weer te laat om nog een verhaal te typen. Omdat we vandaag niet heel erg veel bijzonders van plan zijn, heb ik nu voldoende tijd om te vertellen dat we gisteren weer een ervaring rijker zijn geworden. Alvast een kleine hint: het opblaaspompje voor de luchtbedjes speelde daarbij een cruciale rol.

Gisterochtend hebben we rustig aan gedaan. We stonden laat op, ondanks het lekkere zonnetje dat buiten scheen. Er was wel enige bewolking, maar die belemmerde het mooie weer niet. We hebben niet veel bijzonders gedaan, ik heb mezelf maar vermaakt met een lees- en puzzelboekje. Na de lunch stapten we in de auto om naar Veszprém te gaan, een iets groter plaatsje hier in de buurt. Na een klein half uurtje bereikten we het stadje en gingen we op zoek naar een parkeerplek, die we vonden in een parkeergarage. We liepen het centrumpje in. Een groot scala aan mensen liep hier rond: zo zagen we gewone inwoners, scholieren die blijkbaar nog geen vakantie maar wel pauze hadden, en toeristen. In het centrum waren veel verschillende soorten winkels die je in elk centrum wel zou tegenkomen. Mama en Moelai hebben diverse kledingwinkels bezocht. Aan een terrasje zat een dronken man, die maar een beetje gek in de rondte zat te schreeuwen en zwaaien. Op dat moment kwamen er ook twee politieagenten voorbij lopen, die zijn naam noteerden en hem een waarschuwing gaven. Hierna hield de man op met schreeuwen. We liepen zelf een passage in, die er van binnen oud en lelijk uit zag. Toch waren er genoeg winkeltjes. In één winkeltje kocht Moelai een zwart truitje, waar ze erg trots op is door hem op dit moment te dragen. Buiten kochten papa en ik nog een slush (bij een kraampje waar ze maar liefst acht smaken hadden) en mama en Moelai een ijsje. Helemaal aan de rand van het centrumpje viel niets meer te beleven, waardoor we terug gingen naar de auto. Onderweg kwamen we nog langs een muziekpodium van T-Mobile, dat echter nog in aanbouw was, waarschijnlijk voor een of ander evenement in de avond.

Onze middag was echter nog niet voorbij. We hadden nog enkele boodschappen nodig. Aan de rand van Veszprém bevond zich een grote supermarkt, Tesco, waarvan we dachten die drie jaar geleden ook in Schotland te zijn tegengekomen. Toen we bij Tesco aankwamen, zagen we hoe reusachtig deze was. Het gebouw was enorm en de parkeerplaats evenzo. We pakten een winkelwagentje en gingen naar binnen, waar we onze ogen uitkeken. Deze winkel was een Albert Heijn, Mediamarkt en Blokker in één. We liepen een beetje rond en kwamen langs een vlonder waarop ze houtskool en spiritus voor de barbecue verkochten. Het leek ons leuk om dit zelf ook eens een keer te doen en aangezien er voor de caravan een barbecue staat en het lekker weer was, werd dit steeds aantrekkelijker. Zodoende verwierpen we het idee om te gaan eten in een restaurant en namen we de houtskool en spiritus mee. Vervolgens gingen we op zoek naar het vlees. Nadat we tientallen andere mensen met wagentjes gepasseerd waren, vonden we het vlees. We hadden voldoende keus en er waren zelfs BBQ-pakketten samengesteld. We kozen wat lekkere dingen uit en liepen nog wat rond door de Tesco voor andere dingen. Toen Moelai even iets voor haarzelf wilde uitkiezen, werd ze ineens aangesproken door een drietal jongens. Heel veel communicatie is er echter niet geweest, omdat de jongens een vreemd brabbeltaaltje spraken en ze niet of nauwelijks Engels konden. Moelai vond het allemaal maar grappig. Het duurde nog even voordat we de Tesco uit waren, omdat alles bij de kassa niet zo goed verliep. De caissière was traag, de scanner leek niet echt goed te werken en er moesten ook nog eens een aantal dingen zelf worden afgewogen in de winkel. Tevreden liepen we met onze aankopen naar de auto en reden we terug naar de caravan. We rustten even wat uit en begonnen toen met de BBQ. Eerst moest het vlees worden gekruid en wat groente worden gesneden. Toen was het tijd voor het echte werk, het aanmaken van de BBQ, iets dat we nog nooit eerder zelf hadden gedaan. We gooiden wat houtskool in de BBQ en besprenkelden die met spiritus. Met een lucifer stoken we het geheel aan, wat een grote vlam tot gevolg gaf. Het vlees zou erop gelegd kunnen worden als de kooltjes wit waren geworden en gloeiden. Dit was echter nog niet het geval en we spoten er wat nieuwe spiritus bij. Dit probeerden we nog enkele malen, maar veel voortgang boekten we hier niet mee. Alleen de kleine kooltjes wilden meewerken, dus kwam ik op het idee om de grotere blokken eruit te halen en de BBQ te vullen met allemaal kleine kooltjes. Dit leek al een stuk beter te werken. Alle kooltjes wilden nu wel gloeien en door te blazen bleef dit ook zo. Het nadeel van blazen is dat je nogal snel duizelig wordt, dus pakten we het opblaaspompje voor de luchtbedjes, daarmee konden we de BBQ prima in orde houden. Toen alles gereed was, was het tijd voor het vlees. Deze plaatsten we op het rooster, dat we weer op de BBQ plaatsten. Nu ging het erg goed! In de lange tijd die volgde, konden we heerlijk genieten van ons vlees, dat goed gaar kon worden. (I love the smell of tasty meat in the evening! – redactie) Af en toe gooiden we nog wat kooltjes erbij en pompten we wat lucht erbij. Het vele vlees was erg lekker en bijna alles is op gekomen. Het was al laat toen we klaar waren met BBQ’en. We wasten alles af, ruimden op en doofden de BBQ met wat zand.

Nu wilden we het eten laten zakken. We liepen nog even langs het water, waar we aan de overkant een mooi verlicht reuzenrad zagen. In de lucht zagen we een aantal spotlights, die van diverse kanten kwam. Nu hadden we nog zin in een fris nagerecht. We liepen naar de cocktailbar waar papa een heerlijke kokosshake nam, mama een frisgroene tropical cocktail, Moelai een Baileys-café en ik een kleurrijke Voice of the Jungle. Alles smaakte heel erg goed. Ondertussen keken we naar de overkant, waar ze bezig waren met het sluiten van de winkeltjes. Alle spullen die buiten stonden uitgestald, moesten worden binnengehaald, het winkelpersoneel is hier wel een half uur mee bezig geweest. Het leek ons maar niks om dit elke dag te doen. Na de drankjes liepen we terug naar de caravan, waar het al te laat was om verder te gaan met dit dagboek. We hebben nog heel eventjes Trivial Pursuit gespeeld, waarbij Moelai won. Toen was het wel bedtijd. Nu is het tijd voor hele andere dingen. Lees maar snel verder!

Commentaar? Geef het maar!
Hans:   Voor het eerst gebarbecued. In het begin viel het tegen, maar naderhand ging het hartstikke goed. Misschien is het wel voor herhaling vatbaar. Veszprém is gezelliger dan Balatonfüred.
Moelai: Ik ben blij met mijn nieuwe, zwarte truitje die ik in Veszprém heb gekocht. Tesco was supergroot en de jongens die me daar aanspraken, waren wel lachwekkend, want ik kon er niets van verstaan. Het barbecue-eten was lekker en daarna de Baileys-cocktail was ook heel erg lekker.
Ria:       Veszprém was maar een heel gewoon plaatsje met gewone winkeltjes, niets bijzonders. De barbecue is hartstikke leuk geweest en mijn tropical cocktail was fantastisch.

Donderdag 14 juli 2005
DAG 8

22.30 uur          Vandaag was de eerste echte tropische dag. Dat merkten we al toen we wakker werden: in de caravan was het al erg warm en benauwd. Buiten was het nog erger, de zon scheen erg fel en het aantal wolken was gering. Terwijl ik het hele verhaal van gisteren ben gaan typen, hebben de anderen niet veel bijzonders meer gedaan. Papa is wel vier luchtbedjes gaan opblazen, want we konden een heerlijk middagje dobberen natuurlijk niet weerstaan. Na de lunch hebben we ons dan ook snel omgekleed in badkleding. De matjes die we hadden, waren iets anders dan die van vorig jaar, die waren immers bijna allemaal lek gegaan. Voor weinig geld hebben we aan nieuwe kunnen komen. Er zaten drie echte waterluchtbedjes bij en één echt campingluchtbed, dat papa van zijn FreeBees heeft kunnen halen bij de Kijkshop. Met onze matjes liepen we naar het meer toe. In het water en op het gras was het hartstikke druk van de badgasten. Toch wisten we nog een prima plekje op het gras te vinden om onze spullen te droppen. Meteen liepen we door naar een van de vele trappen die het water in liep. Omdat het boven water zeer warm was, voelde het water extra koud aan. We waren echter wel verplicht om snel het water in te gaan, omdat achter ons nog meerdere mensen in de rij stonden om ook het water in te komen. We trotseerden de kou van het water en doken onder (in het water – redactie). Even later hadden we gelukkig nergens last meer van. Toen zijn we op onze luchtbedjes gaan liggen. Voor mama bleek dit nog een hele uitdaging te zijn. Toen ze uiteindelijk, met hulp van papa, op haar bedje lag, verplaatsten we ons naar een gedeelte iets verder van de kust. Te spreken over het diepere gedeelte was er echter niet, omdat een heel eind uit de kust de diepte nog steeds 1,20 meter was. De bodem van het meer was in ieder geval een stuk beter dan die van vorig jaar, er lag overal zand. Toch hebben we hier weinig van gemerkt, omdat we speciale waterschoenen aan hadden, behalve Moelai dan. Een hele tijd hebben we op het water gedobberd, de ene keer op onze rug, de andere keer op onze buik. Dit om gelijkmatig bruin te worden en niet helemaal te verbranden. Om ons heen waren nog vele andere mensen die zwommen, met een bal speelden, ronddobberden of voor het eerst probeerden te surfen. Het merendeel van de tijd bleef de zon heerlijk schijnen, slechts af en toe verdween de zon eventjes achter een wolkje. Na een behoorlijke tijd is mama terug gegaan naar de caravan, om iets te eten, te drinken, het fototoestel en de videocamera te halen. Na een paar fotootjes en een stukje film, gingen Moelai, papa en ik er ook uit. We snoepten wat chips op en dronken wat. Daarna gingen mama en papa nog even het water in, om ook gefilmd te worden. Lang zijn ze niet in het water gebleven, omdat er een grote wolk aankwam. Ook wilden we nog wat anders doen. We liepen weer terug naar de caravan, waar we ons even verkleed hebben. Het zonnetje was ondertussen weer teruggekeerd.

We zitten nu al een paar dagen in Balatonfüred, maar hebben er pas een klein gedeelte van gezien. We wilden ook wel eens de boulevard en de promenade zien. Dus gingen we het park uit en liepen we een stuk naar rechts langs diverse hotels. Na een tijd kwamen we bij het toeristische gedeelte, er stonden hier vele toeristische kraampjes, waar ze kleding, sieraden, souvenirs en eten verkochten. Ook stonden er diverse popcorn- en hennastandjes. We hebben hier een tijdje rondgekeken en Moelai heeft een enkelbandje gekocht. Ondertussen waren we ook op zoek naar een plek waar je langs het water zou kunnen lopen, want we zagen telkens wel een stuk van het Balatonmeer, maar je kon daar niet bij komen. Pas helemaal aan het eind van de markt, waar we een lekker ijsje hebben gegeten, was er een pier met een haven voor kleine bootjes. Ook kon je hier aparte motorbootjes huren en een rondvaart maken met een boot. Een vrouw was tientallen zwanen met stukjes brood aan het voeren. Aan het eind van de pier bevond zich een restaurant, waar twee personen muziek aan het maken waren voor het schamele aantal gasten dat aan het eten was. Hier kwam mama ook tot de ontdekking dat papa vele grijze haren had (Volgend jaar hebben we een Abraham in ons midden! – redactie). We hadden het hier wel gezien en ook werd de lucht steeds donkerder. Grote wolken naderden gestaag. Snel liepen we terug naar de caravan. Het begon steeds harder te waaien, het mooie weer zat erop. Gelukkig hebben we het droog gehouden tot de caravan. Daar hebben we even uitgerust. Een tijdje later begon het te regenen. Toch hadden we honger en we liepen naar de restaurantjes. Het was al 19.30 uur en daadwerkelijk alles zat vol. Teleurgesteld liepen we terug naar de caravan, waar we nog even gewacht hebben, alvorens terug te keren. Het was nog steeds druk, maar we vonden een plekje in een restaurant. Toevallig was dit exact hetzelfde plekje (lees: tafeltje) in exact hetzelfde restaurant als dinsdag. We waren echter niet ontevreden over het eten van dinsdag, dus maakten we ons ook geen zorgen over wat we vandaag zouden krijgen. Papa nam opnieuw een Spaanse omelet met patat, Moelai nam kipfilet met rijst en salade en mama en ik wilde de Hongaarse goulash wel eens proberen. Dit bleek gewoon te bestaan uit stukjes rundvlees met noodles. Toch was alles zeer smakelijk. Terug bij de caravan hebben we nog wat uitgerust, maar verder niet veel boeiends meer gedaan. Omdat het nu ook al aan de late kant wordt, stop ik ermee en gaan we zo naar bed. Doei!

Commentaar? Geef het maar!
Hans:   Het was vandaag weer lekker warm, vandaar dat we op het meer hebben gedobberd en dat was weer heerlijk. Het deed me denken aan verleden jaar. Tegen het eind van de middag begon het te regenen, dat was jammer, anders hadden wij buiten het park in een grillrestaurant gegeten. Misschien gaan we morgen in het grillrestaurant eten. Vandaag hebben we lekker in het park gegeten.
Moelai: Het was vandaag een heerlijke warme dag. We hebben heerlijk op het water gedobberd. Het stuk lopen naar de promenade was best wel ver, maar ik ben blij met het enkelbandje dat ik heb gekocht en het ijs was ook heel erg lekker. Daarna het avondeten was ook lekker en nu zit ik vol.
Ria:       Eindelijk heb ik weer gedobberd! Heerlijk was het. De promenade van het Balatonmeer viel een beetje tegen, maar ik heb weer heerlijk gegeten vandaag en hopelijk morgen weer een dobberdag.

Vrijdag 15 juli 2005
DAG 9

21.07 uur          De laatste dag in Balatonfüred is bijna ten einde gekomen. Het was vandaag een heerlijk rustige en ontspannen dag. Toen we vanochtend opstonden, was het weer hartstikke warm. We hebben niet heel erg veel bijzonders gedaan. We hebben een toevlucht tot de schaduw gezocht. Ook hebben we al de belangrijkste dingen ingepakt, omdat we morgen erg vroeg willen vertrekken. Onze buren, een gezin Denen, was de auto aan het inladen en de caravan aan het schoonmaken. De vrouw althans, de man zat er maar een beetje duf bij, zoals hij er overigens al de hele week zo bij zit. Toen zij wegreden, begonnen wij met de lunch. Hierna was het weer tijd om te gaan dobberen. We kleedden ons weer om, namen de matjes vast en liepen naar het water. Het water ingaan verliep al iets sneller dan gisteren, omdat we nu al een beetje aan het koude water gewend waren. Opnieuw was het zeer druk in en om het water. Een hele tijd hebben we zo in het water gedobberd. Af en toe gingen we ook even het water in. Op een gegeven moment wilde ik mezelf op het matje omdraaien, dit ging echter niet helemaal goed en hierbij verloor ik één van mijn waterschoenen. We hebben nog geprobeerd om hem met onze voeten terug te vinden, maar dit was tevergeefs. Toen kon ik dus verder met één schoen. (Overweeg eens een LOI-cursus hinkelen. – redactie) We zijn nog even het water uitgegaan om te genieten van een beetje chips en wat drinken. Daarna gingen we er weer even in. Op een gegeven moment zag ik een waterslangetje voorbij zwemmen, helaas was deze al onderwater gedoken voordat ik hem goed kon zien. Even later zijn we het water uitgegaan, we hadden er nu al lang genoeg in gezeten. We bleven nog even in het gras zitten, alvorens terug te keren naar de caravan. Daar hebben we nog voor het laatst een douche genomen, omdat deze straks schoongemaakt moet worden.

We zaten te twijfelen wat we morgen willen doen. Het is zo’n zes uur rijden naar Pula in Kroatië, maar omdat we toch zo vroeg vertrekken, hadden we nog het idee om Zagreb te bezoeken (de hoofstad), ook omdat we daar precies langs rijden. Papa en ik zijn toen even naar het internetcafé in het park gegaan, om wat informatie over Zagreb op te vragen. Veel bijzonders kwamen we echter niet tegen, waardoor we het idee afgeketst hebben. Tevens heb ik mijn twee laatste tentamencijfers opgezocht, omdat die nog niet online stonden voordat we weg gingen. We checkten ook nog even het laatste nieuws (info over de aanslag van Londen (veel herdenkingen), info over de Tour de France (Armstrong staat opnieuw bovenaan) en het weerbericht in Pula (heel erg warm, de hele week kunnen we ongeveer 30°C verwachten)). Toen we weer terug kwamen bij de caravan, zijn we even later vertrokken naar het grillrestaurant, waarlangs we gisteren zijn gelopen toen we naar de boulevard gingen. We zaten op een overdekt terras, versierd met druiventakken en lampjes. Op dit terras stond ook een man met een grill. We bestelden allen een voorafje: mama en ik lekkere goulashsoep uit blik, papa een uiensoep en Moelai een kipsalade. Ondertussen werd een paar meter verder ons vlees gegrild: mama een varkensteak met patat, Moelai en ik een varkensrib met patat en papa nam een vegetarisch gerecht met groente en rijst. Het smaakte ons allemaal erg goed. We liepen terug naar het park, waar we bij de caravan even hebben uitgerust. Toen gingen we naar het ijskraampje van het park, waar we al een paar dagen verlekkerd naar het bord met de vele coupes ijs staan te kijken. Nu was het eindelijk zover om er eentje te proberen. Mama bestelde een Baileys-coupe, Moelai een Malibu-ijsje, papa een choco-ijsje en ik een camping-ijsje met maar liefst zes verschillende bolletjes. Toen we de ijsjes kregen, zagen ze er zeer feestelijk uit, ze waren heerlijk versierd. Ze smaakten ook helemaal geweldig. Ze waren dan wel even duur als ons eten van daarvoor, maar we hebben genoten. Met een volle maag zijn we teruggegaan naar de caravan. Zometeen gaan we als het goed is nog even naar de cocktailbar, voor een laatste shake. Daarna is het tijd om te gaan slapen, want we moeten morgen vroeg opstaan. Ik spreek jullie morgen wel weer!

Commentaar? Geef het maar!
Hans:   Vandaag niet veel gedaan, het was stralend weer, vandaar dat we weer heerlijk gedobberd hebben op het Balatonmeer. Vervolgens heerlijk gegeten en als toetje na chocoladecoupe ijs.
Moelai: Het was weer lekker warm vandaag. Het dobberen was weer leuk. Ik ben lekker bruin geworden. De spare ribs waren lekker, het Malibu-ijsje was ook lekker. En nu zit ik lekker buiten en dadelijk nemen we een lekkere shake.
Ria:       Een eindeloos stralende dag, zalig gedobberd, heerlijk gegeten, een zalige Baileys-sorbet. Dit was echt een heerlijke laatste dag in Hongarije.

Zaterdag 16 juli 2005
DAG 10

21.27 uur          Een totaal nieuwe plek, die toch een beetje vertrouwd aandoet. Een nieuw land, een nieuwe camping, maar nog steeds uitgebreide beschrijvingen van mij. Vandaar dat we teruggaan naar vannacht, 01.45 uur, toen de telefoon van Moelai afging. We dachten dat het de wekker zou zijn, maar nee, iemand belde haar op, die overigens meteen meer ophing. (Hartstikke bedankt voor je belletje! – redactie) Om 05.30 uur was er weer lawaai, maar toen gingen er twee wekkers vlak na elkaar af. O ja, nog heel even gisteravond: de shakes waren lekker, de ober had het maar erg druk en op de terugweg zagen we een fret of een soortgelijk beest het pad overschieten en even later op een auto zitten. Vanochtend dus, het was snel opstaan en we moesten onze laatste spulletjes inpakken. De hele caravan moest schoon worden achtergelaten, zodat we de borg zouden terugkrijgen. Het was nog vroeg en de camping was nog rustig. Toen papa en Moelai broodjes gingen halen, moesten ze zelfs nog even wachten voordat de supermarkt open ging. We ontbeten snel wat en zorgden ervoor dat daadwerkelijk alles gereed was voor vertrek. We haalden de twee Britten van Happy Camp erbij, die de caravan grondig controleerden en na goedkeuring ons onze borg terugbetaalden. Ze wensten ons een goede reis en even later reden we weg van Camping Füred. Al met al was het een leuke, gezellige camping, maar de omgeving was gewoon niet bijzonder genoeg om er ooit terug te keren. Meer hierover in het interview.

We reden naar Tihany, waar we op de veerpont moesten om het Balatonmeer over te steken. Dit was namelijk de makkelijkste manier om naar Kroatië te gaan, anders moesten we helemaal om het meer heen rijden. We kochten tickets en gingen in één van de drie rijen auto’s staan. We stonden vijfde in een rij en waren wel verzekerd van een plekje op de eerstvolgende boot. We hadden echt geen idee hoe de boot eruit zou zien en hoeveel auto’s erop zouden kunnen. We moesten nog zo’n twintig minuten wachten op de boot, alle winkeltjes en eettentjes aan de kade waren nog gesloten. Eventjes later zagen we aan de overkant een boot op ons afkomen. Toen hij dichterbij kwam, zagen we allemaal auto’s op het dek staan. Nadat hij was aangemeerd, reden alle auto’s eraf en konden wij er op. Alle auto’s, een stuk of 24, werden op elkaar gepropt. (Ach ja, prop maar op elkaar, het zijn toch maar auto’s… – redactie) Toen begonnen we aan de oversteek. Deze was kort, maar wel erg leuk. Met de wind in onze haren genoten we hier op het Balatonmeer nog even van het water met haar bootjes, het heerlijke zonnetje en de groenrijke omgeving. Het was alweer tijd om aan te meren en onze reis kon worden voortgezet. Een groot stuk in Hongarije moesten we over eenbaanswegen. Helaas was er een ongeluk gebeurd, wat geresulteerd had in een lange file, waar wij dus in stonden. Gelukkig kon ik mijn tijd vermaken met het boek ‘De Hobbit’. Na een tijd waren we uit de file en konden we een nieuw aangelegde snelweg op rijden, wat wel bijna op een privé-weg leek. Deze was echter nog gedeeltelijk in aanbouw, waardoor we er later weer vanaf moesten om er weer later weer op te kunnen. We moesten nog tanken en stopten daarom bij een Tesco, waar we zowel konden tanken als een paar boodschapjes konden doen. Deze Tesco leek identiek aan die van afgelopen week.

We reden weer verder en kwamen bij de grens met Kroatië. Het duurde een tijdje voor we hier helemaal doorheen waren. Bij het eerste hokje werden we gecontroleerd op onze identiteitskaarten, iets verderop werd gevraagd of we iets hadden aan te geven en weer verderop was het begin van de tolweg. De Kroaten waren wel blij om ons als toeristen te zien. Zo werden we helemaal overladen met een luxueuze wegenkaart van het land, een toeristische kaart met allerlei leuke info, een foldertje over T-Mobile en zelfs vier flesjes water! Dit laatste was ook wel nodig, want het was bloedbenauwd, wat erg duidelijk werd op de parkeerplaats, waar we iets verderop gestopt hebben om te eten. Het was warm, heel erg warm. Gelukkig hadden we de rest van de autorit heerlijke airco. Ik bleef me vermaken met mijn boek. Op een gegeven moment werd het echter zonde om te lezen, de omgeving werd namelijk steeds mooier. Vooral toen we Zagreb gepasseerd waren en Istrië inreden, was het landschap prachtig bergachtig. Vele bergen wisselden elkaar af, waarvan vele bedekt waren met huisjes. Toen we langs het water reden, de kust van de Adriatische Zee, werd het nog mooier. Terwijl wij nog hoog in de bergen reden, zagen we links van ons leuke en mooie dorpen en stadjes aan het water, waarbij kleine huisjes werden afgewisseld door grote, hoge flatgebouwen. Af en toe werd het uitzicht aan ons ontnomen door tunnels, waarvan er eentje zelfs vijf kilometer lang was, deze moesten we echter wel betalen.

Na een behoorlijke tijd, toen het al zo’n 16.30 uur was, reden we Pula in. Nu moesten we nog op zoek naar de camping en een bank om geld te pinnen. Het viel erg tegen om de camping te vinden: op de kaart konden we niet vinden waar we zaten, de routebeschrijving klopte ook niet echt en de bordjes waren ook niet in overvloed aanwezig. Na vele omwegen en tussendoorweggetjes vonden we eindelijk de goede weg. Tot onze vreugde zat er hier ook een bankautomaat, waar we Kroatische kuna’s konden pinnen. We reden verder en troffen camping Stoja direct voor ons. Bij de ingang was het nogal klein en rommelig. We parkeerden de auto en gingen in de rij staan van een zeer primitieve receptie. De vrouw van de receptie noteerde onze namen, nam voorlopig onze identiteitskaarten in beslag (deze krijgen we later, als ze alles verwerkt hebben, terug) en gaf ons de sleutel van caravan 35, om vervolgens op de kaart aan te wijzen waar deze lag. De kaart was groot, maar dat komt ook door de omvang van de camping. De hele camping ligt op een groot rond uitsteeksel van Kroatië, en bezit honderden vierkante meter campingplekken en ook nog eens meer dan 100 stacaravans. We reden naar onze caravan, die zich aan de andere kant van de camping bevond. De auto konden we kwijt op een parkeerplaats, iets van de caravan vandaan. De caravan zag er van buiten erg bekend uit, alleen de veranda zag er vernieuwend uit. Alle caravans stonden dicht op elkaar. We openden onze caravan en gingen naar binnen, toen moesten we lachen. De caravan was bijna identiek aan de Happy Camp caravan van afgelopen week, die helemaal identiek was aan de caravan van Camping Bella Italia van vorig jaar. Deze caravan leek echter een luxe uitvoering te zijn. De vloer zag er mooier uit, het aanrecht was mooier, alles zag er net iets mooier uit. Een ander verschilletje is dat de koelkast in een ander hoekje staat en dat er boven op een televisie is geplaatst. We sjouwden alle spullen van de auto naar de caravan en ruimden alles in. Op de veranda hebben we even op het tuinmeubilair gezeten, alvorens het water te bekijken. Onze caravan ligt twee andere caravans van het water vandaan. De Adriatische Zee zag er mooi en zeer golvend uit. Diverse bootjes vaarden in het water en aan de overkant konden we de andere kust zien met huisjes. Het water kon je lastig in, tenzij je van de rotsen af klom of af sprong, wat een aantal jongens deed. De grote hoge rotsen leken wel ideaal om op te zonnen.

Hierna vertrokken we naar het restaurant, want honger hadden we ondertussen wel. Onderweg zagen we genoeg Nederlandse auto’s staan en om ons heen hoorden we ook vaak Nederlands praten. In het restaurant keken we even op de kaart, waar aardig wat lekkere dingen op stonden. We gingen zitten, overigens temidden van de Nederlanders, en kregen een kaart. Het restaurant was eigenlijk een groot terras, met aan de zijkant een podium voor muziek en aan een andere zijkant een speelhal. De prijzen van de gerechten waren ditmaal helaas wel toegespitst op de portemonnees van de toeristen. Alles was nog steeds goedkoper dan in Nederland, maar het was wel duurder dan in Hongarije. Mama en Moelai namen een Wienerschnitzel, papa een vegetarische groenteschotel en ik een halve haan. Alles was erg lekker. Tijdens het eten genoten van het gestuntel van een jonge, nieuwe ober. De hele tijd moest hij andere obers volgen en af en toe wat dingetjes doen. Het lachwekkende was dat hij telkens dingen verkeerd deed en de andere obers hem moesten verbeteren. Uiteindelijk mocht hij een aantal tafeltjes schoonmaken.

Zondag 10.31 uur          We wilden ons eten laten zakken en meteen de camping bekijken. Eerst liepen we naar de ingang van de camping. Hier bevond zich een klein, rustiger strandje waar je wel makkelijk het water in kon om er in te gaan zwemmen of dobberen. Het gebruik van schoenen was wel aan te raden, omdat er overal stenen lagen. We voelden het zeer mooie en heldere water met onze voeten en dit bleek nog wel lekker aan te voelen, warmer dan het water van het Balatonmeer. Toen gingen we eventjes de camping uit. Tegenover de ingang stonden een toeristenkraampje, een ijskraampje en een snackbar. We namen een ijsje bij het kraampje, waarvan de eigenaar maar al te blij was om ons te zien. Hij scheen ook een aardig woordje Nederlands voor toeristen te kennen, dat best wel grappig was. Hij durfde zelfs af te sluiten met ‘Tot morgen’. Aan de zijkant was een grote baai, waar het water rustig golfde. Ook dit leek een ideale, doch openbare, zwemplek. Hier genoten we van ons ijsje. We gingen de camping weer in, om deze te bekijken. Er waren heel erg veel campingplekken, die dicht op elkaar stonden. Het onderscheid tussen de plekken was lastig te ontdekken. Sommige mensen hadden pech door op een schuin plekje te zitten, anderen hadden een mooie vlakke plek, weer anderen zaten heerlijk aan het water. Bij een hoek van de camping was een groot stuk rots. Hier zaten vele mensen te genieten van het mooie water, de prachtige ondergaande zon en de twee dolfijnen die we langs zagen zwemmen! Wij bleven hier een tijd staan, voordat we teruggingen naar de caravan. Hier hebben we niets bijzonders meer gedaan. Op een gegeven moment hoorden we vuurwerk van het Filmfestival hier in Pula. Bij het water zijn we even gaan kijken. Het stelde echter niet heel veel voor, omdat we het vuurwerkfestival van Scheveningen gewend zijn. Even later gingen we naar bed, we waren moe van een lange dag. Tot vanavond!

Commentaar? Geef het maar!
Hans:   Vroeg opstaan, Hongarije met mooi weer verlaten. Kroatië binnen zeer warm, mooi landschap. Een hele grote camping, hutje op mutje, het huisje. Dichtbij het water, hopelijk wordt het een mooie week.
Moelai: Het was weer vroeg opstaan en we hebben weer lang in de auto gezeten. Toen we Kroatië inreden, was het een mooi uitzicht. De camping is groot en het uitzicht op de baai is erg mooi. De zonsondergang is hier ook heel erg mooi. De kliffen zijn hier ook mooi.
Ria:       Adieu Hongarije, één keer gezien, ik hoef nooit meer terug. Naarmate we Kroatië inreden, werd het allemaal steeds mooier. De camping is enorm mooi en de baai en het water is hier geweldig mooi.

Zondag 17 juli 2005
DAG 11

21.41 uur          Vandaag was een dag van jeuk, ontspanning, jeuk, zon en jeuk. Gisteravond zijn mama en ik zoals elk jaar weer lek gestoken door muggen. Papa heeft één muggenbultje gekregen en Moelai sloegen ze uiteraard weer over. De hele dag hadden we dus jeuk. Mama is vanmorgen vroeg even bij het water gaan kijken om een aantal mooie foto’s te maken. Toen papa ook helemaal klaar was, zijn ze naar het supermarktje gegaan om brood en drinken te halen. Bij de caravan hebben we ontbeten. Daarna zijn mama en ik even naar de rotsen en het water gelopen, om mij erop te filmen. Dat leverde mooie shots op. Het zonnetje scheen weer volop en er stond een beetje wind, waardoor er aardig wat golven op het water waren. Ik ben naar beneden geklommen en ben een klein stukje het water in gegaan in het ondiepe gedeelte. Het leek ons heerlijk om hier te dobberen. We gingen terug en kleedden ons om. Met z’n vieren zijn we weer naar het water gegaan. Papa wilde er liever niet in, omdat het iets verderop in het water al erg diep werd en hij problemen zou krijgen als hij van zijn matje af zou vallen. Wij gingen wel dobberen, papa filmde en fotografeerde ons ondertussen. Vanwege de golven werden we flink opzij gedreven, waardoor we telkens terug moesten zwemmen. Met de golven was het echter wel erg leuk! Andere mensen zwommen hier ook, lagen op de rotsen te zonnen of sprongen van de rotsen juist in het water. We gingen er weer uit om te lunchen. Mama had de pech om in het ondiepe gedeelte van het water een beetje uit te glijden, waardoor ze met één been langs een stuk rots kwam waar een soort anemoon zat. Bij de caravan zagen we dat een groot stuk van haar been vol zat met bultjes, die erg staken. (Arme Ria, eerst al muggenbulten, nu ook dit weer – redactie) Ook Moelai had op een klein stukje van haar been last van deze bultjes. Gelukkig werd het steken minder en op dit moment zijn alle bultjes ook al weg.

Na de lunch wilden we nog meer dobberen. We liepen naar het strandje met stenen bij de ingang van de camping. Het was hier niet superdruk, maar er waren toch nog genoeg mensen. Het water was hier erg rustig, in tegenstelling tot het water bij ons. Mama en ik kwamen hier op het idee om vanaf ons water onszelf hiernaartoe te laten dobberen. Dus liepen we weer terug en gingen daar het water in. Het was iets harder gaan waaien en er stonden nog meer golven. We werden erg snel weggedreven. Terwijl de zon fel op onze ruggen brandde, dreven wij langs de kust, waar vele mensen lagen te zonnen op de rotsen. Af en toe moesten we een beetje zwemmen, om niet te ver van de kust vandaan te raken, of om juist niet tegen de kust aan te komen, dit hing een beetje van de stroming af. Hoe dichter we bij het strandje waar Moelai en papa aan het dobberen waren, kwamen, hoe langzamer we vooruit kwamen. We waren nu immers de baai ingedreven. Het laatste stukje hebben we gezwommen. Bij papa en Moelai hebben we nog een tijdje gedobberd. Op een gegeven moment wilde papa ook deze route afleggen, Moelai wilde liever zonnen. Dus liepen we met z’n drieën terug en gingen we opnieuw het water in. In het ondiepe verloor papa zijn waterschoen, maar hij kon hem gelukkig terugvinden. Hierbij werd hij wel gebeten door een onbekend iets, een klein wondje zit nu op zijn voet. Het lukte papa om goed op zijn luchtbedje te gaan liggen en hij durfde het wel aan om het diepe in te gaan. Ook nu was het weer erg leuk. Bij het strandje hebben we nog een hele tijd gedobberd, alvorens terug te gaan naar de caravan, waar we gedoucht hebben. Ondertussen hebben we het eind van de Tour de France kunnen kijken.

Het was al laat en we hadden honger. We liepen naar het restaurant, waar het behoorlijk druk was. We wilden pizza nemen. Helaas hadden we de pech dat er een hele grote meidengroep ook pizza’s bestelde, de wachttijd zou voor ons meer dan een half uur zijn. We besloten om maar spaghetti te nemen, papa nam iets vegetarisch. We kregen niet heel erg veel op ons bord, maar het was wel te eten. Hierna hebben we hetzelfde rondje gedaan als gisteren: we namen weer een lekker ijsje, keken bij de baai buiten de camping en genoten op de rotsen bij de campers van een mooie zonsondergang. Vandaag hadden we nog meer geluk dan gisteren: er zwommen weer dolfijnen langs. Ditmaal waren er drie groepen, zodat we wel een stuk of twaalf dolfijnen hebben gezien. Het was prachtig om te zien! Hierna gingen we terug naar de caravan, waar we nu een spelletje Trivial Pursuit gaan spelen. Doei!

Commentaar? Geef het maar!
Hans:   Een rustige dag, na een lange reis van gisteren. Niet veel gedaan, alleen op het water gedobberd, voor het eerst in diep water gedobberd. Dit was bijzonder, omdat ik niet zwemmen kon. Ik ben heel bruin geworden. Avondmaaltijd was matig.
Moelai: Vandaag weer lekker gedobberd op het water, het was weer heerlijk weer. Gelukkig ben ik niet gestoken door muggen. Maar helaas ben ik wel gestoken door een anemoon ofzo, maar dat is nu weg, jeeh. Het ijsje was, nee, laat maar eigenlijk. (Oh, dan niet. – redactie)
Ria:       Ik zit onder de muggenbulten, jeuk jeuk. Ik heb heerlijk gedobberd vandaag. Ik heb dolfijnen gezien vandaag. Ik heb een mooie zonsondergang gezien vandaag. Wat wens je je nog meer? M’n dag kan niet meer stuk, mits ik nou nog lek wordt geprikt.

Maandag 18 juli 2005
DAG 12

21.14 uur          Toen we vanochtend opstonden, merkten we dat het vandaag niet zo lekker zou zijn als gisteren. Er was aardig wat bewolking en er stond behoorlijk wat wind. Vanaf onze veranda zagen we vele golven in het water. Het was echter niet koud, maar juist erg benauwd. Vanochtend hebben we niet heel erg veel gedaan. Mama is nog even naar het supermarktje op de camping gegaan en nam daar vier puddingbroodjes mee die helemaal geen puddingbroodjes waren, maar jambroodjes bleken te zijn. Papa was daar blij mee. Ook heeft mama even bij het water gekeken. Papa heeft zijn auto gewassen, ik heb gepuzzeld en Moelai heeft televisie gekeken. Na de lunch zijn we in de auto gestapt. We wilden het centrum van Pula wel eens zien. We hebben niet geparkeerd op een normale parkeerplaats, omdat we dan om de twee uur weer geld in het apparaat moesten stoppen. Iets buiten het centrum vonden we een parkeerplekje langs de weg. Pula staat bekend om haar grote amfitheater en dat was ook het eerste dat we wilden bezichtigen. Via een kaartje liepen we die richting op. Onderweg kwamen we door de winkelstraat van Pula, hier hebben we een klein stukje van bekeken. Het was druk van de toeristen. Ook kwamen we langs vele marktkraampjes, waar ze kleding, sieraden en souvenirs verkochten. Het viel ons op hoeveel tentjes er luchtdrukpistolen met balletjes verkochten, die in Nederland verboden zijn. We liepen verder en kwamen bij het amfitheater terecht, dat van buitenaf erg leek op die van Rome en Verona. Een verschil met het Colosseum was echter dat hij er van buiten nog helemaal heel uit zag. Het was druk rondom het theater. Uiteraard wilden we het ook van binnen bekijken en kochten voor zeer weinig geld toegangskaartjes. Aan de binnenkant zag je wel dat het theater door de tijd was aangetast. De tribunes waren nog vrij intact, de vloer net zo, maar de bovenste ringen waren voornamelijk afgebrokkeld. Deze en volgende week staat het theater helemaal in het teken van het 52e Internationale Filmfestival. Elke avond zal er in de arena van het theater een internationale film worden vertoond. Vanavond was het toevallig de beurt aan de winnaar van het festival in Cannes. Aan de zijkant van de arena was een heel groot bioscoopscherm geplaatst en in het midden stonden heel erg veel stoelen. Enerzijds erg bijzonder om te zien, anderzijds jammer van het aanzicht in het theater voor ons, omdat deze eens niet in de steigers stond. (Iets dat vorig jaar wel het geval was.) In het theater was ook nog een expositieruimte, waarin je heel veel Romeinse kruiken kon bekijken. Toen we alles gezien hadden, liepen we weer naar buiten en namen we een ijsje, dat we in een parkje hebben opgegeten.

We liepen weer verder en kwamen langs het forum. Heel erg bijzonder was dit forum niet. Wat wel leuker was, was hetgeen wat erachter zat. Mama en Moelai hadden echter geen zin om dit te bekijken, die wilden liever zitten zonnen. Papa en ik liepen de heuvel op naar boven, waar we een uitzicht hadden over Pula. We konden nog wat verder en kwamen bij een grote burcht terecht. Via een vreemd, onhandig smal paadje liepen we naar de voorkant. Ook hier hadden we een leuk uitzicht, ditmaal over de baai. De burcht zelf zijn we niet in gegaan, omdat je hier voor moest betalen en er naar ons idee niet heel veel te zien was. We liepen daarom maar terug naar mama en Moelai. Nu wilden we een bank vinden, omdat we nog een aantal Hongaarse forinten over hadden. De eerste bank wilde het geld niet aannemen, een tweede wel. We liepen weer verder en kwamen weer bij de winkelstraat terecht. Deze hebben we weer voor een deel bekeken. Er waren vele winkeltjes en cafeetjes. Even later kwamen we op een rustig marktpleintje uit, de markt leek al min of meer voorbij te zijn. Er stonden nog enkele handelaren, andere hadden hun niet-verkochte groente en fruit laten liggen, waar sommige mensen nog wat tussen scharrelden. Iets verderop zijn wij bij een cafeetje gaan zitten, waar we iets hebben gedronken. Hier hebben we extra lang over gedaan, omdat we in Pula wilden blijven tot etenstijd, zodat we hier nog iets konden eten. Omdat we de rest van de winkelstraat nog niet hadden gezien, zijn we hier doorheen verder gelopen. Onderweg liepen we onder een ander overblijfsel uit het Romeinse Rijk, een poort. Hieromheen stonden een aantal tekenaars, die karikaturen aan het maken waren, dit zag er grappig uit. We liepen weer verder en bekeken nog meer winkeltjes. Bij een sieradenwinkeltje kocht Moelai twee armbandjes, een voor Amy en een voor haarzelf, waar met lettertjes hun bijnamen op stonden. (Eem en Moe – redactie) Verderop in de straat was een oud Romeins tempeltje, waarin een minimuseumpje was gevestigd. Hiervoor moest je wel een minibedrag betalen, maar dit hebben we niet gedaan. Wel hebben we hier even uitgerust. Ondertussen keken we even naar het toeristische treintje, dat hier even een stop van vijf minuten hield.

Toen we weer verder liepen, kwamen we langs vele eettentjes, waar we telkens op de kaart keken of er iets lekkers tussen zat. We vonden wel een tentje dat lekkere dingen leek te hebben. Eerst liepen we het winkelstraatje nog even uit, heel veel meer was er echter niet te zien, een kerkje en wat andere winkeltjes en restaurantjes. We liepen terug naar het tentje dat we hadden uitgekozen. Van een vreemde ober kregen we de kaart. Hier stonden vele uiteenlopende lekkere gerechten op. Mama en Moelai kozen allebei een mixed grill, ik nam een mixed fish en papa wilde een groente steak, dat niet voor hem geschikt bleek te zijn, waardoor hij salade met patat moest nemen. De mixed grill viel volgens mama en Moelai nogal tegen. Er zat lever tussen dat niet lekker was, de patat was niet lekker, de salade en sausjes ook niet en de groenten zagen er smerig uit. Papa vond zijn patat ook niet lekker. Ik had het echter wel getroffen, al stonden we wel verbaasd te kijken van wat er op mijn bord lag. We verwachtten een bord waarop meerdere stukjes vis lagen, maar in plaats daarvan lag er één hele vis en nog een ander klein stukje. Het kleine stukje was taai, maar wel te eten. De grote vis, die zijn staart, vinnen, ogen en mond met tandjes nog had, was in het begin wat lastig te eten, maar hij was wel erg lekker! De rekening was iets duurder dan dat we gewend waren van de afgelopen dagen, maar dat vonden we uiteindelijk niet heel erg. Nu hadden we nog trek in een ijsje. Toen we op zoek gingen naar een kraampje, kwamen we langs een man die op straat op een bijzondere wijze een kunstwerk aan het maken was. Met een soort graffitispuitbussen spoot hij op een plastic plaat. Met stukjes papier bracht hij enkele patronen aan. Het zag er allemaal zeer verbluffend uit en het resultaat was prachtig. Hij had een stuk rots met een waterval in het water gemaakt, met een blauwe lucht met zon en maan. Om hem heen stonden vele toeschouwers, maar niemand die het kunstwerk voor 200 kuna (ongeveer €29,00) wilde kopen. Ook wij kochten hem niet, wel vonden we een ijswinkeltje. Hier kreeg Moelai op een wel zeer bijzondere wijze haar ijsje. De zeer vrolijke verkoper zette niet alleen twee bolletjes pistache op het hoorntje, maar plaatste er ook nog een omgekeerd stukje hoorn met een bolletje op, die weer een hoedje en een snaveltje kreeg van een ander stukje hoorn en oogjes van kleine cacaoboontjes. Bij ons deed hij ook erg lollig, maar dan iets normaler. Een andere verkoper begon zelfs met bolletjes ijs te jongleren bij een andere klant. Het was allemaal erg grappig en de ijsjes waren nog lekker ook! (Kregen we overal maar op zo’n bijzondere manier ons ijs… – redactie)

Nu hadden we Pula wel gezien en we liepen terug naar de auto. We merkten dat het steeds drukker werd wat betreft auto’s, we vermoedden dat dit kwam door het Filmfestival. Voordat we terug gingen naar de camping, moest papa nog even tanken. Hier zagen we ook een kleine buurtsuper, waar we even in zijn gegaan, omdat we water nodig hadden. Toen gingen we terug naar de caravan, waar we heerlijk hebben uitgerust. Terwijl ik dit zo aan het typen ben, zit de rest Trivial Pursuit te spelen. Het is al wat laat en we gaan zo naar bed toe. Welterusten!

Commentaar? Geef het maar!
Hans:   Pula gevarieerde stad met historische en normale gebouwen. Ja, dat is zo. Het is wel heel druk met toeristen. Heel erg warm vandaag, weinig gegeten.
Moelai: Pula is een leuk toeristisch stadje. De winkeltjes zijn heel leuk en de oude historische gebouwen zijn saai. Het eten vond ik matig. Daarna was er een man die met graffitispuitbussen kunstwerken maakte, dat was erg bijzonder om te zien en het resultaat was erg mooi! Ik zou er zo eentje willen hebben. Het ijsje daarna was ook heel erg lekker. De jongen die het ijs opschepte was erg grappig, hij maakte een paar grapjes bij mij ofzo, het was erg lachen.
Ria:       Eindelijk eens een leuke stad met nog veel historische waarde en zeer leuke winkeltjes. Het eten daar was echter niet te eten, maar toch een superfijne middag gehad.

Dinsdag 19 juli 2005
DAG 13

21.30 uur          Ook dag 13 is alweer ten einde gekomen, tijd om te vertellen hoe deze dag is geweest. Toen we vanochtend opstonden, was het buiten bewolkt. Een opmerkelijk iets aan de golven in de zee was, was dat ze vandaag de andere kant op gingen. (Dus niet naar de baai toe, maar van de baai af. – redactie) We hebben niet zoveel gedaan. Moelai en mama zijn even naar het supermarktje gegaan voor een aantal dingetjes. Ik heb zelf wat gelezen en gepuzzeld. Daarna zijn mama en ik nog even wat informatie bij de receptie gaan opvragen over eventuele excursies die hier georganiseerd worden. De komende twee dagen zouden we nog de mogelijkheid hebben om met de boot naar Venetië te gaan, of om een vispicknick te houden rondom het nationale park Brijuni. Elders in Kroatië is nog een mooi nationaal park met vele watervallen. We besloten om niet mee te doen aan een van deze excursies, omdat we Venetië vorig jaar al gezien hadden, papa geen vis lust en we donderdag (watervallen) niet te veel willen doen, omdat dat de laatste dag is hier in Pula. Voor vandaag besloten we om naar het stadje Poréc te gaan, dat aan de westkust van Istrië (deze provincie) ligt.

Na de lunch stapten we in de auto, waarna we probeerden Pula uit te rijden. Dit bleek vanwege de onwijze drukte nog niet mee te vallen. Het is ons natuurlijk wel gelukt. Met grote ogen keken we een hele tijd naar de andere kant van de weg, die de enige toegangsweg tot Pula was. Hier stond namelijk een enorm lange file van auto’s, waarschijnlijk allemaal mensen die vanwege het weer en/of het filmfestival hier naar Pula komen. We werden al bang voor ’s avonds. Zouden wij hier ook in terechtkomen? Na een uurtje bereikten we Poréc, waar we de auto op een weggetje aan de rand van het centrum gratis konden parkeren. We liepen richting het centrum en kwamen langs een Tourist Information Office, waar we een plattegrondje van het stadje mochten meenemen. We kwamen in de hoofdstraat met winkels, maar sloegen al vrij snel een steegje in, omdat hier een Aquarium zat. Hier zijn we voor weinig geld naar binnen gegaan. In het Aquarium konden we een groot aantal verschillende vissen van de Adriatische Zee bewonderen. Er waren diverse aquaria waar één of meerdere (soorten) vissen in zwommen. Zo zagen we kleine vissen, grote vissen, dikke vissen, lange vissen en nog meer vissen. Ook waren er zeesterren en zeeanemonen en een dikke octopus. Het Aquarium was op zich niet heel erg groot, maar het was wel leuk om te zien.

We vervolgden onze route door de hoofdstraat, waar vele toeristische winkeltjes waren. Het leek wel alsof heel Poréc overspoeld was door Duitsers en Nederlanders (met name die laatste groep), overal hoorden we mensen deze talen spreken. De winkelverkopers wisten hier ook leuk op in te spelen, door iedereen in het Nederlands of het Duits te begroeten. Heel veel meer opmerkelijke dingen zijn er over deze straat niet meer te noemen, behalve dat ik een sleutelhanger bij een winkeltje heb gekocht. Aan het eind kwamen we bij het water terecht. Alle bewolking van die ochtend was allang weer opgeklaard en we keken uit over een door zon verlichte, heldere Adriatische Zee. Enkele zeilbootjes kleurden de zee, kleine eilandjes lagen er verlaten bij, golven sloegen tegen de kade en een paraglider landde op het water. We keerden weer om en liepen langs de jachthaven terug. Vanwege de mooiere omgeving zag het er hier leuker uit dan de jachthaven van Scheveningen. In het water lag een mooi eiland, waarop een groot hotel stond. Dit vonden we opmerkelijk, omdat er geen enkele verbinding met het vasteland was. De gasten waren dus genoodzaakt met een watertaxi naar het vasteland te varen als ze iets anders wilden doen dan zonnen op het eiland. Wat wij wilden doen, was een lekker ijsje eten. We liepen terug naar een ijszaak die we in de hoofdstraat tegen waren gekomen. Het was hier een erg vrolijke boel, nog vrolijker dan gisteren zelfs. De verrassing was er misschien een klein beetje af, maar we vermaakten ons prima hier. De verkopers waren dolenthousiast en lieten maar al te graag weten dat ze graag Nederlandse toeristen ontvingen. Ze kenden dan ook leuke woordjes en zinnetjes Nederlands, zoals ‘de kat krabt de krullen van de trap’. (Dat zijn ook echt van die lekker zinnige zinnen… – redactie) Moelai en ik kregen ons ijsje op ongeveer dezelfde manier: men neme een hoorntje en vult deze met twee lekkere bolletjes ijs. Pak een ander hoorntje en breek de onderkant ervan af. Plaats het grote stuk omgekeerd bovenop het ijsje als hoedje en plaats het puntje als neus in het ijs. Maak twee oogjes en zet dit geheel ongemerkt in een ander hoorntje. Bied het ijsje aan, waarna de klant het lege hoorntje pakt. Bied vervolgens het ijsje opnieuw aan, waarna je hem om laat vallen richting de klant. Geef de geschrokken klant daarna het ijsje. (Jaja, duidelijke handleiding, wanneer komen de plaatjes? – redactie) Papa kreeg gelukkig een normaal ijsje, maar bij mama gebeurde bijna hetzelfde als bij Moelai en mij, alleen kreeg zij er een Hollands vlaggetje bij. Na dit spektakel konden we genieten van het lekkere ijs.

Hierna liepen we weer verder door het centrumpje. We gingen een oud, klein steegje in, waar we uitkwamen bij een kerkje. Deze stelde niet heel erg veel voor. De klokkentoren was wel erg bijzonder. Papa en Moelai hadden echter geen zin om 144 treden naar boven te klimmen, mama en ik wel. Bovenin waren vier klokken, maar die boeiden niet echt. Het uitzicht wat je nu had over de omgeving wél. We konden heel Poréc zien en een groot stuk van de Adriatische Zee met enkele eilanden. Het zag er allemaal prachtig uit! We hebben hier een tijdje gekeken en foto’s gemaakt en gefilmd, alvorens weer naar beneden te gaan. We keken nog wat rond en mama kocht een parfumflesje. Het was nu tegen etenstijd en we gingen op zoek naar een tent om te eten. Deze vonden we eventjes later. Mama, Moelai en ik namen een heel menu voor weinig geld (vergeleken met Nederland). Deze bestond uit een tomatensoepje, een Wienerschnitzel met jagersaus, salade en patat en twee bolletjes ijs na. Voorafgaand aan dit kregen we opgebold knoflookbrood, gemaakt van pizzabodemdeeg. Dit zag er zeer bijzonder uit en smaakte ook erg lekker, in tegenstelling tot het gewone, droge brood dat we alle andere keren bij de restaurants gekregen hadden. Het eten smaakte ook erg goed en ook papa kon genieten van zijn omelet met patat. Ondertussen konden we lachen om de borden met ‘Morgen gratis massage’, ‘Morgen gratis bier’ en ‘Lekker bakkie koffie’. (Hmm, klinkt goed, misschien moeten we er morgen eens heen gaan. – redactie) We hadden goed gegeten en besloten om terug te gaan naar de auto. Onderweg kwamen we echter nog langs een kledingwinkeltje, waar Moelai een hele tijd heeft gekeken om er uiteindelijk een truitje te kopen. Toen gingen we echt naar de auto en reden we terug naar Pula. De lange file van vanmiddag was er gelukkig niet meer. Bij de haven van Pula hebben mama en ik nog even naar iets geïnformeerd, wat morgen duidelijker zal worden. Bij de caravan hebben we niets bijzonders meer gedaan. We hebben gewoon buiten op de veranda gezeten. We gaan zo niet al te laat naar bed, omdat we morgen niet al te laat willen opstaan, vanwege hetgeen wat we willen gaan doen. Maar dat lees je morgen wel! Dobar veče!

Commentaar? Geef het maar!
Hans:   Poréc is hetzelfde als Pula, alleen minder groot, meer toeristisch. Niet zoveel gezien, oude gebouwen dan. Wel lekker weer gehad en normaal gegeten.
Moelai: Poréc was wel een leuk toeristisch, klein dorpje. Wel veel dezelfde winkels. De ijsgrapjes bij de ijswinkel waren weer leuk. Veel leuke dingen gezien in de winkeltjes. Ik ben blij met mijn nieuwe, mooie truitje. Het eten was lekker. Klaar.
Ria:       Toch nog een lekker warme dag geworden vandaag. Poréc was een leuk, klein idyllisch dorpje, waar wel erg veel toeristen komen. Ondanks al die Nederlanders daar, toch een leuke middag gehad en heerlijk gegeten.

Woensdag 20 juli 2005
DAG 14

21.38 uur          Vandaag was een waterige dag. We hebben het niet helemaal droog gehouden, maar toch heeft het niet geregend. Toen we vanochtend iets vroeger dan gebruikelijk opstonden, waaide het vrij hard. Desondanks wilden we ons plan niet wijzigen. Na het ontbijt stapten we in de auto en reden we naar Pula, waar we de auto parkeerden. Via de winkelstraat liepen we naar de haven. Daar zou voor ons het bootje Pajo op ons wachten. Gisteravond hebben we hierover wat informatie opgevraagd. Om 11.30 uur zou het bootje aan een twee uur durende excursie beginnen rondom de eilandengroep Brijuni, dat een nationaal park is. We hadden ook nog de mogelijkheid om een vlees- of vismaaltijd te bestellen. Toen we tegen 11.00 uur bij het bootje aankwamen, zat het al aardig vol met toeristen. De man die ons gisteren had geholpen, ontving ons op de kade. Daar moesten we eerst betalen en doorgeven dat we een excursie wilden zonder maaltijd, we hadden zelf wel wat broodjes meegenomen. Alle banken achterop het bootje waren al bezet, maar voorop het dek waren nog twee banken helemaal vrij. Hier zijn wij gaan zitten, wat ons ook nog eens de beste locatie op de boot leek. Er kwam nog een Italiaanse familie bij ons zitten en toen zat de boot vol.

De motoren werden gestart, de trossen werden gelost en we konden van wal. We waren blij met de wind die we voelden door het varen, want de wind die vanochtend nog zo hard waaide, was helemaal gaan liggen, waardoor het zeer warm was. Langzaam verwijderden we ons van de kade. We konden nog niet heel erg hard varen, omdat we ons nog in de haven bevonden. Wij waren echter niet de enige boot in de haven. Er waren nog vele andere boten, zowel kleine als grote plezierjachten, andere excursieboten en grote schepen voor het transport. Toen we de haven uit waren gevaren, gingen we een stuk harder. We waren op weg naar Brijuni, waar we niet heel erg lang op hoefden te wachten. Al snel zagen we het eerste grote eiland aan stuurboord. Het zag er mooi uit: een rustig, bijna onbebouwd eiland met groene vegetatie en rotskusten. Daarna kwamen we nog langs veel meer kleinere eilandjes, waar soms kleine bootjes lagen aangemeerd en we mensen zagen zwemmen of zonnen. Het water was helder blauw en dat leverde samen met de mooie eilanden en het lekkere weer leuke plaatjes op. De man die ons had aangesproken op de kade was zelf al de hele tijd in de keuken om het eten te bereiden, de kapitein bleek iemand anders te zijn. Na een tijdje kwam de man op het dek met een aantal borden met hamburgers voor enkele Italianen. Later kwam hij ook met borden vis. Het zag er goed uit, maar wij hadden ons eigen brood. Het leuke was dat we opeens een hele groep meeuwen achter onze boot aan hadden vliegen, die de vis hadden geroken. Enkele personen gooiden stukjes vis in het water, in de lucht, of hielden het in de hand, zodat de meeuwen het eraf konden pakken. Toen we bovenaan de eilanden waren gekomen, draaiden we en gingen we langs de andere kant weer terug. Bij het laatste eiland maakten we een tussenstop. Dit duurde nog wel even, want een ander klein bootje moest eerst plaatsmaken voor ons. Op dit eiland hadden we de mogelijkheid om uit te stappen, waarna je je vier uur op het eiland moest vermaken door te lopen, zwemmen of zonnen. Na die vier uur kon je via de boot weer terug naar het vasteland. Wij hebben dit echter niet gedaan, een aantal andere mensen wel. We vaarden weer terug naar de haven en kwamen steeds dichterbij de kade. Nu hadden we een mooi aanzicht op het amfitheater. Twee uur en een kwartier na vertrek meerde de boot weer aan. We stapten weer aan wal. De man bedankte ons voor het meegaan en zei ons gedag. Het was een leuk tochtje, maar heel veel langer had het niet moeten zijn, omdat het anders wat eentonig zou worden. Door de hitte (we misten de wind wel) liepen we terug naar de auto en reden we terug naar de camping.

Nu hadden we zin om zelf het water in te gaan, althans, papa, mama en ik. Moelai wilde liever bij de caravan blijven om te zonnen. We zijn bij de rotsen bij de caravan het water in gegaan met onze luchtbedjes. Hiervandaan hebben we ons naar het strandje laten drijven. Daar hebben we ook nog een tijd gelegen. Het dobberen was weer heerlijk en we zijn weer een stuk bruiner geworden. Bij de caravan hebben we uitgerust en is mama later het eten gaan klaarmaken. Vandaag eens geen restaurant, maar een vertrouwde rijst met boontjesmaaltijd met kipfilet, maïs en paprika. Het smaakte goed. Na wat ontspanning zijn we naar de ijstent voor de camping gelopen voor een lekker ijsje, dat we weer bij de baai hebben opgegeten. Daarna liepen we weer naar de rotskust, om van een ondergaande zon te genieten. Dolfijnen hebben we helaas niet meer gezien. We gingen nog even het supermarktje in voor water en gingen terug. Bij de caravan hebben we niets bijzonders meer gedaan, een beetje gezeten en over plonsverhalen gepraat. (Wat zijn plonsverhalen nou weer? – redactie) Mama en papa hebben bij het water zojuist nog even naar de volle maan gekeken. Misschien dat we nu een spelletje gaan doen. Dit was in ieder geval mijn verhaal voor dag 14. Laku noć!

Commentaar? Geef het maar!
Hans:   Opgestaan met harde wind, daarna was het stralend weer geworden. De boottocht was een beetje eentonig, van het ene eiland naar het andere eiland, maar toch wel leuk gehad. Daarna leuk gedobberd. Nu ben ik bijna zwart. Mama heeft lekker gekookt, of heerlijk. Mama? Ria is het. Dolfijnen hebben we vandaag helaas niet gezien.
Moelai: Het was een saaie dag.
Ria:       Ik heb zeer genoten van de boottrip en wederom zeer genoten van het dobberen. Morgen helaas alweer de laatste dag. Laatste kans om nog iets bruiner te worden.

Donderdag 21 juli 2005
DAG 15

19.48 uur          De laatste uren in Pula zijn begonnen. Nog ongeveer een halve dag zullen we hier verblijven, alvorens aan onze terugreis te beginnen. Eerst maar eens vertellen over vandaag, alhoewel er niet heel erg veel te vertellen valt. We hebben vanochtend gewoon weer uit kunnen slapen. Over heel erg veel uitslapen is toch nooit sprake, omdat het ’s ochtends altijd al vrij snel warm wordt in de caravan. Superwarm was het vanochtend niet, ook stond er wat wind. Vanochtend is mama al wat dingen gaan inpakken, omdat we hier morgen weinig tijd meer voor hebben. Zelf heb ik wat gepuzzeld. Na de lunch was het tijd om voor de allerlaatste keer deze vakantie het water in te gaan. Ook Moelai had er weer zin in. We pakten de matjes en liepen weer naar het water bij de rotsen. Het was iets koeler dan gisteren, maar we zijn toch het water in gegaan. Er stond wel wind, maar een vreemde kant op. We kwamen wel vooruit (lees: richting het strandje), maar het ging langzaam. Op een gegeven moment begon de zon gelukkig toch iets feller te schijnen, waardoor we nog ietsje bruiner konden worden. Iets later kwamen we bijna stil te liggen, waardoor we een stuk terug zijn gezwommen, om opnieuw richting het strandje te dobberen. Die hebben we echter nooit bereikt, wel werden we telkens naar het midden van de baai gedreven.

Toen we er genoeg van hadden, gingen we terug naar de caravan waar we nog een behoorlijke tijd hebben gezeten en de Tour de France hebben gekeken. Toen we in een reclame overschakelden op CNN, zagen we dat er in Londen opnieuw vier bommen waren afgegaan, weer drie in de metro en één in een bus. Gelukkig waren het geen zware bommen en was er slechts één gewonde, in tegenstelling tot de zesenvijftig doden van precies twee weken geleden. Iets later zijn we naar de auto gelopen om naar Pula te gaan. We parkeerden weer op onze vertrouwde plek en liepen nog wat door het centrumpje. Moelai kocht hier een kettinkje en mama moest even pinnen. We liepen naar een restaurantje om te eten. We namen allemaal een pizza: mama, Moelai en ik een pizza Margherita, papa een vegetarische pizza. De pizza’s waren lekker, maar de serveerster was zeer chagrijnig en zei niet of nauwelijks iets. Het was rustig in het restaurantje en de medewerkers hadden weinig te doen. (Tja, chagrijnigheid leidt tot weinig mensen. Of zou het andersom zijn? – redactie) Na het eten liepen we weer naar het ijstentje waar we maandag ook een ijsje hadden genomen. We namen allemaal drie bolletjes. Tijdens het eten van het ijsje moest Moelai erg lachen om de ijsjongen met het zeer grote voorhoofd. Op het moment dat we wegliepen, kwam hij opeens naar Moelai toe en wilde hij een aantal dingen weten. Uiteindelijk gaf Moelai hem haar emailadres. We liepen terug naar de auto en reden terug naar de caravan. Daar hebben we gezeten. Moelai en mama zijn net nog even naar het winkeltje gegaan om de laatste kuna’s op te maken. Vanavond zullen we niet veel meer gaan doen, we zullen wel op tijd naar bed gaan, omdat we morgen vroeg op moeten voor de reis naar Wenen.

22.26 uur          We hebben inderdaad niet veel meer gedaan. Ik heb enkele correcties en toevoegingen aangebracht aan dit Vakantiedagboek. Papa en mama hebben nog een rondje door de camping gewandeld. Toen ze terugkwamen, riepen ze ons om naar de maan te kijken. Deze was namelijk helemaal oranje, dat zag er zeer bijzonder uit. Nu worden er weer wat dingen ingepakt. Voor de laatste keer een groet uit Kroatië: Doviđenja!

Commentaar? Geef het maar!
Hans:   Een rustige dag ter voorbereiding van onderweg naar huis. Lekker gedobberd en daarna een normale pizza zonder kaas gegeten. Morgen op weg naar Wenen.
Moelai: Het was wel een saaie dag, maar ik ben wel blij met het kettinkje wat ik heb gekocht. Pizza was wel oké. Het ijsje was wel lekker en de jongen met het grote voorhoofd was erg lachuh. Het was wel grappig dat die gast met dat grote voorhoofd me aansprak en dingen vroeg enzo. Haha.
Ria:       Laatste dag in Pula was weer een warme dag. Ik heb vanmorgen maar alvast de koffer ingepakt, want morgen gaan we weer vertrekken. We hebben vanmiddag nog wel even heerlijk gedobberd, we zijn nog één keer in Pula geweest. We hebben een heerlijke pizza gegeten, we hebben Moelai nog een plezier gedaan door een mooi kettinkje te kopen. Toen hebben we als afscheid nog heerlijk drie bolletjes genomen en nu zijn we aan het inpakken en verlaten we morgenochtend vroeg Pula.

Vrijdag 22 juli 2005
DAG 16

20.57 uur          Guten abend! Vanuit Oostenrijk een nieuw verslag van weer een nieuwe dag, die al bijna ten einde komt. Vanochtend ging om 06.30 uur de wekker al. We hebben snel ontbeten en alle laatste spullen ingepakt en deze in de auto geladen. We hebben de caravan een klein beetje schoongemaakt, want er zou niemand langskomen om de caravan te controleren. Papa heeft nog een praatje gemaakt met onze Nederlandse buren en toen was het tijd om afscheid te nemen van de mooie caravan en het mooie uitzicht op het water. (Dag caravan! Dag water! Dag uitzicht! We lijken de Teletubbies wel. – redactie) We reden naar de receptie, waar we om 08.00 uur hebben uitgecheckt en onze vierde identiteitskaart terug kregen. Toen verlieten we de camping. Het heeft echter nog eventjes geduurd voordat we uit Pula waren, omdat het druk was op de weg, gedeeltelijk te danken door een of andere feesttent in aanbouw en twee stoplichten die helemaal niet op elkaar waren afgestemd. Toen we ook Pula uit waren, kon de echte rit beginnen. Eerst moesten we weer door het mooie, bergachtige binnenland van Kroatië. De omgeving was dan wel mooi, de rit was op zich vrij saai. Ik had gelukkig nog steeds een boek om te lezen. Vlak voor de grens met Slovenië hebben we de allerlaatste Kroatische kuna’s opgemaakt aan benzine. Hierna konden we de douanes van Kroatië en Slovenië passeren. Ze deden hier vrij makkelijk: de controleurs hadden het drukker met kletsen dan met het controleren van de identiteitsbewijzen. Slovenië was helaas niet zo gul als Kroatië dat vorige week was. Ze wilden juist geld van ons hebben: in heel Slovenië hebben we in totaal vijf keer tolgeld moeten betalen! Gelukkig waren de bedragen elke keer niet heel erg hoog en hadden we ook genoeg geld bij ons. Slovenië was ook bergachtig en zag er wel mooi, maar niet heel erg bijzonder uit. We begonnen de rit helaas in een lange file op een B-weg. De snelweg was namelijk voor een deel afgesloten en op de B-weg reden veel langzame vrachtwagens. Na een tijd mochten we weer de snelweg op. Verder valt er niet heel veel meer bijzonders te vertellen over Slovenië, we hebben nog eventjes gestopt bij een parkeerplaats om een luchtje te scheppen. De temperatuur was hier beduidend lager dan de temperaturen van afgelopen week, maar nog steeds ruim boven de 20°C. Toch hadden mama en Moelai lange broeken aan, maar dat schenen ze niet erg te vinden.

We bereikten de grens met Oostenrijk, hier ging alles wel een stuk trager bij de douane. Er was maar één loket open en daar moest iedereen in de rij staan. We hadden het geluk dat na een behoorlijke tijd een tweede loket open ging, waardoor we eindelijk Oostenrijk binnen konden rijden. Ook nu reden we nog door de bergen heen. Nu moesten we de weg vervolgen naar Wenen, althans, voor het begin dan. Mama heeft via e-mail een pension geboekt dat niet in Wenen ligt, maar in het dorpje Perchtoldsdorf, dat vlak naast Wenen ligt. Hier moesten we toen naar op zoek. Het vinden van het dorpje ging erg goed, nu het pension zelf nog. Dit heeft iets langer geduurd, vanwege een omleiding en een vreemde doorloop van een straat. In een rustig straatje zagen we een bordje van het ****Pension Felner. Aan de overkant bevond zich een parkeerplaats, waar we de auto parkeerden. Voordat we enkele spullen uit de auto haalden, liepen we door de grote deur van het pension. Deze leidde naar een binnenplaats, waar op dat moment de eigenares van het pension ook tevoorschijn kwam en ons zeer vriendelijk begroette. Ze liet ons meteen onze twee kamers 1 en 2 zien. We zagen ook sleutels hangen van nog drie kamers, heel veel meer tekenen van leven hebben we niet gezien (op een kat na). De kamers liggen tegenover elkaar en meteen bij de deur naar het binnenplaatsje. De ene had een tweepersoonsbed, de andere twee eenpersoonsbedden. Beide kamers zagen er erg luxe uit, met een tafeltje met twee stoelen, een paar kastjes, een televisie, schilderijtjes en een luxe badkamer. Ook werd ons de ontbijtzaal getoond. Op dat moment beseften we dat we zeker niet mochten klagen over dit pension. We haalden enkele spullen uit de auto en verdeelden deze over de kamers.

Om 16.30 uur waren we dit dorp ingereden en omdat het nu al iets later was, hadden we flink wat honger. Bij het binnenrijden had mama een Chinees gezien in hetzelfde straatje als het pension. Hier liepen we dan ook naar toe. Bij binnenkomst zag het er erg verlaten uit, totdat een Chinees vrouwtje ons begroette. Ze deed de lampen aan en zette de Chinese muziek aan. We mochten gaan zitten en kregen de kaart. Het restaurant zag er mooi uit dankzij de rijke versieringen. Toch vroegen we ons af hoeveel mensen hier komen, vooral omdat het al etenstijd was op deze vrijdagavond. De kaart was desondanks uitgebreid en we bestelden wat voorafjes. Mama nam pangsit, papa tahoe, Moelai kipsalade en ik kipstukjes. Het heeft een behoorlijke tijd geduurd voordat het vrouwtje alles voor ons neerzette, we hadden sterk de indruk dat ze hier alles zelf aan het maken was, maar het was het wachten zeker waard. De hapjes zagen er versgebakken en zeer smakelijk uit. Zo smaakten ze gelukkig ook! Toen we aan het wachten waren op onze hoofdgerechten (bami met drie soorten vlees voor mama, Moelai en mij en een tahoe-schotel (met lekkele lijst! – redactie) voor papa) kwamen er nog enkele mensen het restaurant in. Ook deze hoofdgerechten waren heerlijk. Als toetje namen we nog een schaaltje fruit. Toen we de rekening kregen, kregen we ook nog eens een klein glaasje met heel erg zoete wijn met een lychee. Heel erg tevreden liepen we het restaurant uit. We liepen nog even door het dorpje heen, waar niet veel te beleven viel. De paar winkeltjes waren dicht, enkele mensen liepen rond en een aantal jongeren zat bij elkaar te drinken en te kletsen. Bij een bank heeft mama een beetje geld gepind en we zijn nog even een ijszaak ingegaan die wel open was. Hier namen we een ijsje met twee bolletjes. Mijn bolletjes hadden echter geen zin om te blijven zitten op het hoorntje. Al vrij snel nadat ik het ijsje had gekregen, gleden ze eraf. Ik kreeg gelukkig wel een tweede hoorntje, dat een beetje hielp, maar het bleef lastig eten. In de zaak zat een Belg, die hier al negen jaar woont. Hij vertelde ons een beetje over de omgeving. Na het ijsje gingen we terug naar het pension, waar we hebben uitgerust en verder niets bijzonders hebben gedaan. Nu zijn we moe en willen we gaan slapen. Morgen willen we ook weer vroeg opstaan, omdat we dan Wenen in willen gaan. Gute nacht!

Commentaar? Geef het maar!
Hans:   Na een lange reis van Pula zijn we eindelijk aangekomen in het voordorpje van Wenen. De reis is nog wel meegevallen, het was druk, maar het kon doorrijden. Het pension waar we zitten is best luxe, alles zit erop en eraan, zelfs telefoon en televisie. Heb lekker Chinees gegeten (tahoe) en ik ga vroeg naar bed, omdat ik moe ben.
Moelai: Het was een lange dag in de auto. De kamers zijn mooi en de douche is heel lekker. Het eten was hartstikke lekker en het ijsje daarna was ook lekker.
Ria:       Helaas vandaag hebben we Pula verlaten, toch wel weer jammer. Ik heb het er toch wel weer leuk gehad, maar vandaag moesten we toch weer een lange reis maken om richting Wenen te komen, waar we aankwamen in het gezellige, pittoreske dorpje Perchtoldsdorf. We zijn allemaal moe en gaan vroeg slapen, want morgen wacht ons een lange dag Wenen.

Zaterdag 23 juli 2005
DAG 17

Zondag 09.36 uur          Terwijl we nu in de auto zitten op weg naar huis, zal ik vertellen van de zeer drukke, gevarieerde, maar zeer leuke dag van gisteren. In de bedden van Pension Felner hebben we alle vier lekker kunnen slapen, ondanks de kleine stukjes matras die hard waren. We stonden op, konden ons douchen onder een douche met zo’n acht verschillende stralen, kleedden ons aan en liepen naar de ontbijtzaal. We konden buiten ontbijten, maar daar was het net iets te fris voor. Het uitzoeken van kleding was daarom ook een beetje een probleem, omdat we niet precies wisten hoe het weer in Wenen zou zijn, behalve zo’n 23°C. In de ontbijtzaal was een dubbele tafel voor ons gedekt. De vriendelijke gastvrouw had broodjes van de bakker gehaald en op tafel gelegd, samen met diverse soorten beleg. Ze zette thee en koffie voor ons, gaf ons een glaasje jus d’orange en kookte zelfs vier eitjes. Ze vertelde dat wij de enige gasten waren (dus slechts twee van de vijf kamers bezet), ondanks dat het hartje zomer was. Ook vertelde ze ons hoe we het beste in Wenen konden komen. Na het luxe privé-ontbijt volgden we haar route. Dit ging maar voor een deel goed, vanwege een foutje van zowel de vrouw als papa. Gelukkig hadden we een gedetailleerde kaart van Wenen en was het rustig op de weg, zodat we alsnog makkelijk een parkeerplek aan de rand van het centrum konden vinden. Het nadeel was wel dat deze parkeergarage om 18.00 uur zou sluiten. Toch was dit niet zo erg als het lijkt, omdat we nog wilden eten in Perchtoldsdorf en we ook niet te laat naar bed wilden gaan. Wenen is een zeer grote stad met veel bezienswaardigheden.

Om te beginnen liepen we naar de Maria Hilferstrasse, de grootste en modernste winkelstraat van de stad. Het was maar een kort stukje en onderweg moesten we een mooie trap op. In de winkelstraat was het nog rustig, dit kwam omdat het nog iets voor tienen was en de winkels om 10.00 uur open zouden gaan. Een aantal winkels was al open en vele volgden. Er zat hier aardig wat: van modewinkels tot elektronicazaken en van fastfoodrestaurant tot bioscopen. We hebben de hele straat doorgelopen, dan aan de ene kant van de weg, dan weer aan de andere kant, omdat Moelai overal wel leuke winkeltjes tegen kwam. Dit heeft geresulteerd in een zwart truitje en hele leuke, dure muiltjes. In de straat kwamen we ook nog een souvenirwinkeltje tegen, waar ze onder andere vele dingen van Mozart en Sisi verkochten. Hier kocht ik een mooie sleutelhanger. In de winkelstraat zagen Moelai en ik iets wat we nog nooit eerder op straat hadden gezien: het spelletje balletje-balletje. Alles ging hier erg snel, zowel het balletje met de bakjes, als het vele geld tussen de spelers. Het was grappig om te zien. Bij een McDonald’s kochten we iets te drinken, waarna we naar de U-Bahn liepen, de metro van Praag. Omdat we veel in korte tijd wilden zien, was het onmogelijk om alles te lopen. De vijf metrolijnen onder de hele stad boden uitkomst. Bij een automaat kochten we vier dagkaarten die we moesten stempelen. Waarom we dat eigenlijk hadden gedaan, weten we niet, want in de vele ritjes die die dag nog volgden, werden we geen enkele keer gecontroleerd. Van poortjes was ook geen sprake. We reden een stukje met één metro en stapten over op een andere. Lang hoefden we nooit te wachten, omdat hij altijd om de vijf minuten rijdt.

We stapten uit bij Schloss Schönbrunn, waar we nog een klein stukje moesten lopen voordat we daadwerkelijk bij het slot waren. Om ons heen zagen we al vele toeristen en toeristenwinkeltjes. We liepen door de grote poort en we zagen het grote, mooie slot voor ons staan. We staken het grote plein over en gingen op het bordes staan voor wat foto’s (Say schnitzel, eh, cheese! – redactie). In het slot, dat al stamt uit 1713 en bewoond is door meerdere belangrijke personen, zoals keizer Franz Joseph en Napoleon, worden nu diverse rondleidingen gegeven. Je kon diverse tickets kopen die opliepen in prijs. Hoe duurder het ticket, hoe meer je van het slot, alle dingen in de tuin en dingen eromheen mocht zien. Wij namen de goedkope Imperial Tour, die ons door 26 kamers van het slot leidde. We kregen allemaal een audiotelefoon, waardoor in het Engels allemaal (achtergrond)informatie gegeven werd over het slot, de kamers en de personen die het ooit bewoonden. We liepen door woonkamers, slaapkamers, eetkamers, balzalen en nog meer kamers en zalen, allemaal rijkelijk gevuld met passend meubilair en versierd met schilderingen. Ongeveer een half uur keken we naar dit droomhuis, totdat onze tour ons naar de uitgang bracht. We keken even in het souvenirwinkeltje en gingen naar buiten. Vervolgens liepen we naar de tuin om er even een blik op te werpen. Hetgeen wat we gezien hebben, zag er prachtig (onderhouden) uit. Kleine bospaadjes, grasvelden, bloemperken en in de verte een heuvel met beelden en andere gebouwtjes. De rest van deze immens grote achtertuin, met watertjes een labyrint, meer bloemenveldjes, een vlindertuin en zelfs een kleine dierentuin, hebben we wegens tijdgebrek helaas niet meer kunnen aanschouwen.

We gingen weer terug naar de metro om helemaal naar de andere kant van de stad te reizen. Bij een station waar we moesten overstappen, hebben we bij een kraampje broodjes gehaald en die daar terplekke opgegeten. We gingen verder en stapten uit bij het Praterstern. Hier bevond zich het bekende Prater-reuzenrad, dat stamt uit 1897 en 65 meter hoog is. De afgelopen jaren vond men het blijkbaar leuk om er meer omheen te bouwen en zodoende ligt er nu een heuse kermis achter, dat met vele attracties, waaronder vijf achtbanen, meer weg had van een pretpark. Wij kwamen echter alleen voor het reuzenrad. Papa, Moelai en ik althans, mama durfde er niet in te gaan. Het ticket was prijzig en de wachtrij was lang, maar we kregen er wel wat leuks voor terug. Met een stuk of zeven andere mensen namen we plaats in een mooie rode cabine. Je kon op een bankje zitten of bij de vele ramen staan. Vervolgens begon het rondje, dat een kwartier heeft geduurd. Bovenaan hadden we een leuk uitzicht over de kermis, het station en een deel van de stad. We hebben aardig wat kunnen zien, maar niet superveel van de stad, omdat het reuzenrad aan de rand van het centrum ligt en niet al te hoog is. Desondanks was het een leuk ritje, waarbij we mama ook nog beneden op een bankje zagen zitten. In het souvenirwinkeltje kocht mama drie kleine flesjes drank en echte Mozartkugeln, Moelai kocht ook een flesje in de vorm van een gitaar. Nu wilden we het centrum nog zien en opnieuw hebben we met de metro gereisd. We kwamen in het hartje van het centrum weer boven de grond, vlak voor de Karlskirche. Deze kerk zag er qua bouw wel bijzonder uit, maar hij zag er ook oud en lelijk uit. Op het pleintje was het druk. Her en der stonden fietstaxi’s, maar ook kon je voor veel geld een ritje maken met een koets, voortgetrokken door twee paarden. We liepen de winkelstraat met vele winkels door. Op de grond waren sterren te zien met namen, en soms met handtekeningen, van een aantal bekende personen, zoals Franz List en Tsjaikovsky.

We wilden even uitrusten en wat drinken en gingen daarom zitten bij een tentje, waar we wat bestelden. Bij het drinken aten we een Mozartkugel, dat eigenlijk gewoon een gevuld chocoladeballetje is, verpakt in een mooi papiertje met het portret van Mozart erop. Het was wel lekker. Na het afrekenen bij een ober, die maar al te graag de 40 cent wisselgeld als fooi wilde hebben (vanwege zijn brutaliteit kreeg hij het niet), liepen we verder, om nog een stuk van de museumwijk te bekijken. We liepen door groene parkjes, langs diverse musea (volkenkundig, natuurhistorisch, kunst enz.), een vlindertuin en kwamen op een binnenplein waar ook moestuintjes stonden, ter nagedachtenis aan de Tweede Wereldoorlog, toen uit voedselgebrek moestuintjes in parken werden aangelegd. Ook hier reden heel veel paardenkoetsen voorbij. Op de weg terug naar de kerk kwamen we nog langs een Sisi-museum (Take it easy! – redactie), een duiveltjesfontein en vele mannen verkleed in Mozartkledij, om reclame voor theaters of restaurants te maken. Het was tijd om terug te keren naar de auto, omdat 18.00 uur steeds dichterbij kwam. We hadden een geweldige middag in Wenen gehad en waren het er over eens dat één dag veel te kort is om alles te zien. Zeer vermoeid maakten we ons laatste metroritje, waarna het nog heel kort lopen was tot de auto. De terugweg verliep ook niet helemaal zonder problemen. Op de twee punten waar het op de heenweg fout ging, ging het hier ook fout. Toch bereikten we het pension, waar we lekker hebben uitgerust.

’s Ochtends hadden we van de gastvrouw een boekje gekregen waarin allemaal restaurantjes in stonden. We begrepen het alleen niet helemaal, naar ons idee stonden er alleen families in het boekje. Ik ging op zoek naar de vrouw. Toen ik achter een deur keek, die naar de tuin van de familie leidde, stond ik oog in oog met een klein, jong hertje, dat blijkbaar nieuwsgierig was en uit de bossen was gekomen. Het beestje schrok zich gelukkig niet wild, maar liep vervolgens toch langzaam terug het bos in. Erg leuk om mee te maken. We vonden de vrouw en vroegen om uitleg over het boekje. Ze vertelde dat al deze families een aantal weken per jaar hun Weinstübe open hebben, waar ze dan hun eigen wijn verkopen en daarbij een restaurant(je) in hun achtertuin hebben. De rest van het jaar zaten ze dan op hun wijngaard. Een paar meter van het pension vandaan, in hetzelfde straatje, zat volgens haar de beste. Toevallig was deze die dag voor het eerst weer geopend, dus wilden we die wel proberen. We liepen de paar meter en zagen dat hij open was aan het bosje groen dat aan een stok hing. We gingen door de poort en kwamen op een hofje. Hier stonden enkele tafeltjes. Daarboven zagen we het terras, met nog meer tafels en stoelen. We liepen door het binnengedeelte van het restaurant naar het terras, waar het vrij druk was met voornamelijk oude mensen, waarschijnlijk dorpsbewoners. Allen genoten ze van de nieuwe en goedkope wijn. We gingen zitten en wachtten totdat er een vrouw kwam die vroeg wat we wilden drinken. Onwetend vroegen we ook om de kaart, maar dit was niet mogelijk. Drinken konden we bestellen, maar het eten moesten we zelf halen en kopen, binnen bij het buffet. Ze begeleidde ons hier naar toe en vertelde over de vele dingen die hier lagen. Schnitzels, strüdel, aardappels, salade, broodjes en andere soorten vlees is maar een greep uit het aanbod. We namen vele dingen die ons lekker leken en rekenden af. Zo namen we bovenstaande dingen, waarbij papa een stuk spinaziestrüdel nam en mama een met ham en kaas. De aardappels waren ook op een bijzondere manier klaargemaakt. Op de Wienerschnitzels moesten we nog even wachten. We verbaasden ons om het lage bedrag dat we voor alles moesten neertellen. Met ons eten liepen we weer naar ons tafeltje en begonnen te eten. Het smaakte allemaal geweldig goed! Even later kwamen de schnitzels en we keken onze ogen uit: zo groot hadden we ze nog nooit gezien, ze vulden bijna het complete bord! En ze waren lekker! Heel erg tevreden liepen we, met volle magen, het restaurant uit.

Om het eten te laten zakken, wandelden we even door het centrumpje en keken we achter de kerk, waar vele auto’s naar toe reden en mensen in nette kleding heen liepen. Er bleek hier een heel podium te zijn opgebouwd voor een toneelstuk dat later op de avond zou worden opgevoerd. We hadden hier verder niets te zoeken en gingen terug naar het pension, waar we hebben uitgerust. De gastvrouw had gezegd dat we in de ontbijtzaal mochten internetten als we dat wilden. Dat hebben Moelai en ik dan ook even gedaan. Toen was het bedtijd, maar Moelai en ik hebben nog even de samenvatting van de Tour de France gekeken. Het was de een na laatste etappe, een tijdrit, en Lance Armstrong won. Hij heeft nu 4.40 minuten voorsprong op nummer 2 en het is bijna zeker dat hij gaat winnen. Dat zal over korte tijd duidelijk worden, omdat het nu alweer 16.45 uur is! Lees zo dan ook maar meteen verder over dag 18, want ik heb wel weer genoeg gezegd over dag 17. Tot op de volgende bladzijde!

Commentaar? Geef het maar!
Hans:   Wenen, een hele mooie stad. Zeer de moeite waard om nog een keer te komen. Veel bezienswaardigheden en een leuke winkelstraat. Heerlijk gegeten voor heel weinig geld. Ik ben zeer tevreden.
Moelai: Het was een lekker ontbijtje dat we kregen. Daarna op naar Wenen. Wenen was een leuke, grote stad met veel leuke winkels in de Maria Hilferstrasse. Daar heb ik een heel leuk truitje gekocht en hele leuke muiltjes. Ze zijn heel mooi blauw met kleurtjes en een hakje en ze zijn zo cool. De metro ging snel. ’s Avonds het eten was heel erg lekker en goedkoop. Daarna zat ik dan ook heel erg vol, want het was behoorlijk veel.
Ria:       Wenen, een schitterende stad. Ik zou er graag nog een keer heen willen. Heel veel mooie gebouwen gezien en leuke winkelbuurten. Een superdag gehad, en als einde hebben we heerlijk gegeten in een zeer speciaal dorpsrestaurantje en dat was supercool.

Zondag 24 juli 2005
DAG 18

17.26 uur          Zoals je net hebt kunnen lezen, zitten we nu in de auto op weg naar huis. Het is dag 18, de laatste dag van deze vakantie. Omdat dat natuurlijk wel slecht nieuws is, heb ik eerst goed nieuws. Op de radio werd zojuist verteld dat Lance Armstrong voor de 7e maal de Tour de France heeft gewonnen. Armstrong, gefeliciteerd! We gaan eerst maar terug naar 06.00 uur, toen er in twee kamers in Perchtoldsdorf twee telefoonwekkers afgingen. We stonden op en raapten al onze spulletjes bijeen. We gingen naar de ontbijtzaal, waar de gastvrouw even later vers gebakken broodjes kwam brengen. We genoten van het ontbijt. De vrouw kwam vervolgens nog met een andere route naar de snelweg, omdat er een stuk was afgesloten. Toen was het tijd om te vertrekken. Mama betaalde de vrouw, we bedankten haar voor alles en we liepen naar de auto. We volgden haar route, maar op het eind was er een afslag die ze niet vermeld had. Met een kaartje kwamen we er wel uit en even later bevonden we ons op de snelweg. Buiten was het weer normaal, echt veel zon was er niet, maar regen ook niet. Een heel lang stuk hebben we lekker door kunnen rijden. Ondertussen heb ik het boek ‘De Hobbit’ uitgelezen. Moelai heeft naar haar muziek geluisterd en ook in haar blad gelezen. Daarna ben ik begonnen met het uitschrijven van dag 17, dat, zoals je hebt kunnen lezen, heel erg lang heeft geduurd. Het schrijven in een auto gaat namelijk erg langzaam en de laptop kon ik vanwege een slechte accu niet gebruiken. En dan te bedenken dat mijn eerste Vakantiedagboeken eerst allemaal helemaal handgeschreven waren. (Die goede oude tijd… – redactie) Ik moet er nu niet meer aan denken. Maar ik heb niet de hele dag geschreven, ik heb ook veel naar buiten zitten kijken om mijn schrijfhand te laten rusten. Bij een benzinestation heeft papa de tank nog helemaal volgetankt en bij een ander station namen we een plaspauze. Ondertussen waren we al lang in Duitsland, dat is immers het grootste stuk van onze reis.

Tegen de lunchpauze hebben we op een groot parkeerterrein met een winkel en een restaurant geparkeerd om een broodje te kopen. Hierna werd het helaas drukker op de weg en hebben we een tijd langzaam moeten rijden, vanwege een wegverbreding die slechts 4 km duurde, maar ook vanwege vele mensen die het vertikten om rechts te rijden. In de middag hebben we opnieuw getankt en een ijsje gegeten bij dit station. Ik merkte op dat dit precies hetzelfde wegrestaurant was waar we vorig jaar op de terugweg vanuit Italië ’s avonds gegeten hadden. Toen we verder reden en we op beide weghelften steeds meer Nederlandse auto’s zagen, wisselden kleine opstoppinkjes en rustige stukken elkaar vaak af. Op een gegeven moment was mijn verhaal over dag 17 af en heb ik hem voorgelezen. Iets later begon ik aan dit stuk. Buiten merken we goed dat we weer richting Nederland rijden, want het weer is alsmaar slechter geworden sinds het begin van de dag.

20.26 uur          En we zijn weer terug bij waar het 17 dagen geleden allemaal begon: ons eigen Nederland. Hoewel we nog niet helemaal thuis zijn (we denken zo’n 22.00 uur), begint alles steeds vertrouwder te worden. De verkeersborden zijn Nederlands, de radio ook en het regent lekker. Voor de grens hebben we nog gestopt om te eten. In het restaurant konden we een redelijk aantal dingen krijgen. Papa nam een hele aardappelmaaltijd met rösti en patat, Moelai patat met fruit, mama een stuk vlees met aardappels en ik kip met patat. Het was een lekkere maaltijd. Nu de Hollandse koeien weer voorbij schieten, zal ik dit Vakantiedagboek gaan beëindigen. Meer zullen we zo meteen namelijk niet meer doen, hooguit even tanken.

Opnieuw was het een lange vakantie. Het was ook een heel veelzijdige en gevarieerde vakantie. In totaal zijn we door acht landen heen gereisd, waarvan we er in vier hebben overnacht. De vakantie mag dan misschien iets minder leuk zijn geweest dan vorig jaar, het was in ieder geval weer een zeer bijzondere vakantie, waarin we ook zeker hele leuke dingen hebben gedaan. Al deze dingen, en nog veel meer, heb ik geprobeerd gedetailleerd te vermelden in dit Vakantiedagboek. En volgens mij is dat ook dit jaar weer goed gelukt. Niet helemaal zonder slag of stoot echter, want af en toe was ik best moe om dingen te vertellen, had ik even geen inspiratie meer, of werd het me soms net iets te veel. Maar ik vind dat Vakantiedagboek 2005, editie nummer 8, toch weer een mooi bewaarstuk is geworden, om in de toekomst deze hele vakantie weer helemaal te beleven. Ondanks de bovenstaande belemmeringen heb ik er ook zeker wel weer met veel plezier aan gewerkt en ik hoop dat jullie het ook met zoveel plezier hebben doorgelezen. Blijf in ieder geval nog even hangen voor de uitgebreide enquête, die hierna komt. Wat betreft een nieuwe versie van het Vakantiedagboek, editie nummer 9, daar laat ik nog niets over uit, omdat ik daar nog niets over weet. Dingen zouden wel eens anders kunnen zijn volgend jaar. Hoe alles ook moge zijn, dit is het einde van Vakantiedagboek 2005. Wellicht tot een volgende keer! Tot ziens!

Commentaar? Geef het maar!
Hans:   Het was weer een lange reis, gelukkig viel het mee met files. Wel een mooie omgeving in Oostenrijk, maar ook in het zuiden van Duitsland. Af en toe regen, maar ook af en toe mooi weer. Blij dat we heelhuids thuis zijn gekomen.
Moelai: Het was weer een lange, saaie autorit. Ik ben blij dat ik weer thuis ben.
Ria:       Heel vroeg opgestaan om weer een lange reis te maken naar huis. Nog heerlijk ontbeten in Pension Felner en toen afscheid genomen van de aardige gastvrouw. En toen was het lang in de auto zitten, maar de dag is toch wel snel omgegaan en we zijn om 22.00 uur weer veilig thuisgekomen.

Jassin, wat heb je ons weer uitermate vermaakt met je Vakantiedagboek! Elk jaar weet de familie Kessing ook weer de meest leuke dingen te beleven. Wij waren in ieder geval zeer vereerd om een kijkje over je schouder te nemen en hier en daar wat toe te voegen. En of het nou volgend jaar is of een andere keer, bij een nieuw Vakantiedagboek zijn wij weer aanwezig! – De redactie

Enquête

18 dagen, 4 landen, 4 familieleden. De familie Kessing heeft deze vakantie genoeg dingen gedaan en meegemaakt om een 24-tal vragen over te beantwoorden. Hieronder zullen ze allemaal één voor één bij een vraag aan het woord komen. Al hun antwoorden zijn opnieuw letterlijk genoteerd.

(1) Om te beginnen, hoe is het om weer terug te zijn?

Hans:         Bekende omgeving weer. Blij dat wij weg zijn geweest, even uit. En nu even lekker uitrusten en even nagenieten van de vakantie.
Jassin:        Het is weer leuk om terug te zijn en ik kijk er nu al naar uit om mijn hele vakantiefilm te gaan bewerken!
Moelai:       Ik vind het leuk dat we weer thuis zijn in ons vertrouwde huisje. En Tweety fluit weer vrolijk en ik kan weer op m’n gitaar spelen.
Ria:            Wel leuk, maar weer erg druk, want mij wacht weer een hele wasweek en het is erg nat hier, want het regent constant lekker.

(2) Wat vonden jullie in het algemeen van de vakantie?

Hans:         Niet veel gedaan, echt een rustvakantie. Weinig steden bezocht. Dit jaar geen attractiepark.
Jassin:        Het was een leuke rustige vakantie, waarin we niet hartstikke veel bijzondere dingen hebben gedaan.
Moelai:       Wel leuk.
Ria:            Redelijk, ik heb leukere vakanties meegemaakt, maar ik heb toch wel genoten al die 18 dagen. Het was toch weer heerlijk om lekker weg te zijn.

(3) Wat vonden jullie van de heenweg?

Hans:         Rustig, veel regen gehad en op tijd in Praag aangekomen.
Jassin:        De heenweg was lang en saai. Gelukkig heb ik me aardig kunnen vermaken met een leesboek.
Moelai:       Lang en saai.
Ria:            Veel gereden, op de heenweg nog best wel veel regen gehad her en der. Maar ach, voor de rest is alles verder goed gegaan.

(4) Wat vonden jullie van Praag?

Hans:         Jammer van de regen, anders was het veel gezelliger geweest. Desondanks een leuke stad en goedkoop.
Jassin:        Praag was een leuke stad om ooit gezien te hebben. Er waren wel een aantal bijzondere dingen, zoals de joodse begraafplaats.
Moelai:       Dat vond ik een hele leuke stad, met leuke winkeltjes en gezellig. Alleen de regen was niet leuk. Het had best mooier weer mogen zijn.
Ria:            Een leuke stad om gezien te hebben, leuke winkels en mooie bezienswaardigheden, vooral de Joodse wijk.

(5) Wat vonden jullie van het pension in Praag?

Hans:         Bijna in het hart van het centrum, in een groot appartement. Ontbijt viel tegen.
Jassin:        Het pension was bijzonder luxe voor een simpel pension. Jammer van het simpele ontbijt.
Moelai:       Het was een mooi appartement, alleen de bedden waren hard.
Ria:            We hadden een mooi appartement, alleen het ontbijt was niet veel bijzonders.

(6) Wat vonden jullie van Camping Füred in Balatonfüred?

Hans:         Massaal, hutje op mutje. Wel veel restaurants.
Jassin:        De camping had veel weg van Camping Bella Italia van vorig jaar. Een grote massacamping met veel toeristische winkeltjes en vele, maar lekkere, restaurantjes. Over de caravan, die precies hetzelfde was als vorig jaar, mogen we ook niet klagen.
Moelai:       Het was weer dezelfde caravan als vorig jaar en al die caravans stonden op elkaar. Je had wel veel restaurants en er waren genoeg dingen om te doen. De cocktailbar had ik niet willen missen, want ze hadden heel veel lekkere shakes.
Ria:            De Happy Camp-caravans staan allemaal op dezelfde manier: hutjemutje op mekaar, dat is wel jammer. De camping zag er verder leuk uit.

(7) Wat vonden jullie van het Balatonmeer?

Hans:         Lekker water, heeft een zandstrand. Lekker gedobberd.
Jassin:        Het meer was lekker om in te zwemmen en dobberen. Handig dat er trappetjes waren om het water in te gaan, zodat je niet lang over steentjes ofzo hoefde te lopen.
Moelai:       Waterslangen, waah! Het was wel lekker om op te dobberen.
Ria:            Het Balatonmeer vond ik wel erg mooi. Lekker water om in te zwemmen, alleen jammer dat er waterslangen in zwommen.

(8) Wat vonden jullie van Boedapest?

Hans:         Jammer van de regen, Boeda is leuk, Pest is ongezellig, is het winkelgebied.
Jassin:        Boedapest was een leuke stad om eens gezien te hebben, maar extreem bijzondere dingen waren er niet. Boeda had een mooie burcht en een leuk labyrint, Pest stelde met zijn winkeltjes niet heel veel voor.
Moelai:       Niet leuk, omdat het heel veel lopen was. Allemaal saaie oude dingen bekeken, zoals die burcht. En de winkeltjes zijn er niet leuk, alleen voor oma’s en vijftigplussers. En ik dacht nog wel dat het zo leuk zou zijn, omdat het een grote stad is. Met leuke winkeltjes, maar dat was dus niet zo.
Ria:            De burcht in Boedapest vond ik wel een mooie bezienswaardigheid. De kettingbrug vond ik tegenvallen, deze had ik mooier verwacht. En het stukje centrum wat wij hebben gezien, vond ik tegenvallen.

(9) Wat vonden jullie van de rest van de eerste week?

Hans:         Rondom Balatonfüred allemaal dorpjes. Weinig gezien, behalve Tihany, echt een toeristisch dorpje, leuk.
Jassin:        We hebben lekker kunnen waterfietsen en dobberen, Tihany en Veszprém waren wel leuk, maar niet heel bijzonder.
Moelai:       Het was wel leuk, omdat we ook nog naar leuke stadjes gingen. En het was soms lekker weer. Het was wel zielig dat arme Henkie in brand werd gestoken door Jassin.
Ria:            Jammer dat het nogal regenachtig begonnen is. Praag vond ik wel leuk, Hongarije was aardig, maar toch ook wel tegenvallen.

(10) Wat vonden jullie van Camping Stoja in Pula?

Hans:         Ook massaal. De caravans staan te dicht op elkaar, weinig privacy. De rest geen opmerkingen.
Jassin:        Leuk dat zo’n hele camping op een heel schiereiland ligt. Op de camping is weinig te beleven, maar het ziet er wel leuk uit. Aan elke kant heb je wel een leuk uitzicht over het water. De caravan was opnieuw hetzelfde, maar dan net iets luxer.
Moelai:       Weer dezelfde caravan, het staat weer allemaal op elkaar, de caravans dan. Veel Nederlanders, maar in ieder geval uitzicht op het water.
Ria:            Camping Stoja vond ik een mooie camping, alleen jammer dat de caravans weer zo hutje op mutje geplakt staan. We zaten vrij dicht bij het water en dat was toch wel erg leuk.

(11) Wat vonden jullie van de Adriatische Zee bij Pula?

Hans:         Lekkere watertemperatuur, de ene keer rustig, de andere keer ruig. Je drijft naar de windrichting.
Jassin:        Het water was mooi en heel erg helder. Leuk dat het een zee was, zodat er ook wat golven stonden, zodat het dobberen toch net dat beetje leuker werd.
Moelai:       Het is niet koud, maar wel helder. Alleen bij de kliffen is het een beetje eng om daar het water in te gaan of uit te komen.
Ria:            Geweldig, in één woord geweldig. Ik heb er heerlijk gezwommen, heerlijk gedobberd, het was heerlijk. Het water was helder. Het was een leuke ervaring.

(12) Wat vonden jullie van de tweede week?

Hans:         Snel gegaan, omdat het mooi weer is. Poréc was ook een leuk stadje.
Jassin:        Het was erg warm weer en daarom was het dobberen wel fijn. Verder hebben we niets bijzonders gedaan. Poréc en Pula waren wel leuke stadjes om te bezoeken.
Moelai:       Het was wel leuk, omdat je hier chocalate chip koekjes kon kopen.
Ria:            We hadden mooier weer, dus dat is altijd fijn en ik vond deze week leuker dan de eerste week, omdat ik Kroatië toch mooier vind dan Hongarije en we hier leukere dingen gedaan hebben dan in Hongarije.

(13) Wat vonden jullie van Wenen?

Hans:         Van de drie steden waar we geweest zijn, springt Wenen er bovenuit. Een schitterende stad, veel te zien. Zeer de moeite waard om nog een keer te komen.
Jassin:        Wenen was een zeer mooie stad met vele bezienswaardigheden. Eigenlijk teveel bezienswaardigheden om in één dag te bezichtigen, we hebben ons daarom ook heel erg moeten haasten.
Moelai:       De lange winkelstraat vond ik hartstikke leuk. De metro’s gingen snel en de gebouwen, kerken, vond ik niet zo bijzonder.
Ria:            In één woord: supergeweldig! Geweldige bezienswaardigheden, hele gezellige winkelstraten, veel te groot om in één dag te bezichtigen. Ik wil er graag ooit nog een keer naar toe.

(14) Wat vonden jullie van Pension Felner in Perchtoldsdorf?

Hans:         Hele leuke gastvrouw, leuke kamers met lekker ontbijt.
Jassin:        Het pension, waar we de enige gasten waren, was heel erg luxe en de gastvrouw was zeer aardig. Zij heeft alles heel erg netjes voor ons geregeld en ons vaker geholpen met enkele dingen.
Moelai:       Het waren leuke, mooie kamers. De bedden die sliepen lekker. Gelukkig was er een tv. De gastvrouw was ook wel aardig.
Ria:            We zijn zeer gastvrij in ons pension ontvangen. De kamers waren heel erg mooi. Heerlijk ontbeten daar. Ook zeker de moeite waard.

(15) Wat vonden jullie van de terugreis?

Hans:         Het was sneller gegaan dan ik dacht. Onderweg valt het mee, weinig files. En het weer was regen ook zonneperioden.
Jassin:        De terugweg was ook weer erg lang, maar ik heb de hele tijd dag 17 en dag 18 van dit Vakantiedagboek zitten schrijven, dus ik heb me niet verveeld.
Moelai:       Lang en saai.
Ria:            Een lange rit gemaakt, maar het was gelukkig niet al te druk op de weg, dus hebben we redelijk door kunnen rijden en ach, achteraf valt het altijd mee.

(16) Welke activiteit(en) vonden jullie het leukst?

Hans:         Het centrum van Praag, Pula, met name de arena. Poréc vond ik ook een leuk stadje, dobberen op het meer en ook op de zee. En Wenen.
Jassin:        Pula was een leuk stadje, het dobberen op zee was ook erg leuk en Wenen was een geweldige stad.
Moelai:       Het winkelen en het eten.
Ria:            Slot Schönbrunn en winkelen in Wenen. Het dobberen en zwemmen in Pula en de stad Praag zijn toch wel de meest geslaagde dingen van mijn vakantie.

(17) Wat vonden jullie niet leuk aan de vakantie?

Hans:         Boedapest vond ik tegenvallen, maar ook de omgeving van Balatonfüred. Ook had ik meer verwacht van de bootreis naar de eilanden.
Jassin:        In beide weken waren er weinig grootste bekende dingen om te bezoeken. Kleine dorpjes zoals Veszprém waren dan ook niet heel erg interessant.
Moelai:       De gebouwen bekijken.
Ria:            Hongarije is mij het meest tegengevallen, omdat ik denk dat ik daar veel van had verwacht, ook qua bezienswaardigheden.

(18) Wat vonden jullie van het eten?

Hans:         Eentonig, ze hebben hier weinig vegetarische gerechten, veel vis en vlees en dat lust ik niet.
Jassin:        Ik heb deze twee weken zeer goed gegeten. Ik heb geprobeerd elke keer iets anders te nemen, met onder andere een toepasselijk gerecht bij elk land. Dit is me allemaal zeer goed bevallen.
Moelai:       De ene keer was het lekkerder dan de andere keer. In Pula was het heel vies.
Ria:            De ene keer viel het eten tegen en de andere keer hadden we weer heerlijk gegeten.

(19) Wat vonden jullie van het weer?

Hans:         De eerste week minder, de tweede week stralend, soms te warm zelfs.
Jassin:        Het weer in Praag en Hongarije viel door de regen nogal tegen. De tweede week was het echter heerlijk warm weer, misschien wel een beetje te warm soms.
Moelai:       De regen vond ik niet leuk, de zon wel, omdat je van de regen niet bruin wordt en van de zon wel.
Ria:            In het begin vond ik het wat tegenvallen, maar naderhand is het zeer opgeknapt, tot erg mooi zelfs.

(20) Ooit nog een keer Praag en Wenen bezoeken?

Hans:         Praag niet meer, omdat mijn gevoel dat ik alles al gezien heb. Wenen zou ik wel weer willen gaan, omdat er nog meer gebouwen zijn die ik nog wil zien, maar in één dag niet heb kunnen zien.
Jassin:        Praag hoef ik niet zo snel meer te bezoeken, omdat we daar alles wel gezien hebben en er niet zoveel interessants was. Ik zou nog wel naar Wenen willen, omdat er vele mooie dingen waren en we te weinig tijd hadden om alles te zien.
Moelai:       Wenen in ieder geval wel, want daar heb je zo’n leuke lange winkelstraat. Praag is ook wel leuk, maar Wenen was leuker.
Ria:            Praag, daar wil ik niet meer naar toe, naar Wenen zou ik nog wel graag naar toe willen, omdat ik vind dat Wenen gewoon een geweldige stad is.

(21) Volgend jaar weer naar Hongarije en Kroatië?

Hans:         Hongarije niet, een te vlak land, dat heb je in Nederland ook. Kroatië, wie weet, heeft meer heuvels, bergachtig. Trekt me meer dan een vlak land.
Jassin:        Hongarije hoef ik niet meer te zien, omdat de omgeving die wij hebben gezien niet heel erg veel verschilt van Nederland. Kroatië was wel een mooi land, maar ik hoef er volgend jaar niet naar toe. Ik zie liever iets dat ik nog niet gezien heb.
Moelai:       Nee, omdat het best wel saai was.
Ria:            Hongarije zeker niet, omdat ik die tegen vond vallen, en Kroatië misschien, maar ik ga eerst liever nog naar andere landen toe.

(22) Volgend jaar weer zo’n vakantie als deze?

Hans:         Nee, niet teveel landen in één keer. Ik heb liever één of twee landen, dan vier landen. Ik moet ook teveel rijden.
Jassin:        Nee, daar was de vakantie toch net iets te lang en saai voor. Wel leuk dat we veel verschillende landen hebben gezien.
Moelai:       Nee, omdat het saai was.
Ria:            Nee, ik denk dat er minder gereden moet gaan worden en we niet zoveel landen in één vakantie moeten plannen.

(23) Wat vonden jullie van Vakantiedagboek 2005?

Hans:         Leuk om ooit weer te lezen om herinneringen op te roepen.
Jassin:        Het was soms lastig om een leuk verhaal te schrijven, maar ik ben weer zeer tevreden over deze achtste editie. Een mooi en compleet Vakantiedagboek!
Moelai:       Langdradig, maar leuk.
Ria:            Vakantiedagboek 2005 ziet er weer geweldig uit. Een klein minpuntje: misschien iets te langdradig, maar desalniettemin weer een geweldig Vakantiedagboek.

(24) Wat vonden jullie van de rubriek ‘Commentaar? Geef het maar!’?

Hans:         Dat iedereen zijn commentaar kan weergeven vond ik leuk.
Jassin:        Iedereen heeft elke dag weer prima zijn commentaar kunnen geven. Dit commentaar was telkens weer divers en zo weten we ook weer hoe de anderen over de dagen denken.
Moelai:       Leuk, omdat je daar alles kwijt kan wat je kwijt wilt, wat je die dag hebt gedaan.
Ria:       Zoals altijd is dat weer geweldig om je eigen commentaar te mogen geven.

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *